Trump is altijd snel genoeg om terrorisme te benoemen, behalve het extreemrechts geweld in zijn eigen land

door Redactie
gepubliceerd op maandag 14 augustus 2017 om 04:19 •
5 min lezen

De betoging in het Amerikaanse Charlottesville werd veroorzaakt door extreemrechts en neonazi’s. Zij en alleen zij zijn de reden dat er mensen stierven en gewond raakten dit weekend. Maar dat wil president Trump niet luidop zeggen. In zijn speech over de betoging zei hij alleen maar dat hij “alle geweld veroordeelt” en dat er vele daders waren in dit verhaal.

De betoging van zaterdag lokte 6.000 mensen die een extreemrechts gedachtegoed hebben. Zij startten met hun protestmars nadat er een standbeeld werd weggehaald van Generaal Robert E. Lee, een opperbevelhebber die vocht voor de rechten van de inwoners van Virginia die daarbij geen kans onbenut liet om zwarte mensen als “minderwaardig” te bestempelen.

Auto door menigte

Om die reden werd het standbeeld dan ook weggehaald. Maar dat lokte protest uit én daarbij kwam ook nog eens een tegenbetoging van linkse manifestanten. Bij de betoging stierf een vrouw toen een auto op de menigte van linkse betogers inreed. Er raakten ook 25 mensen gewond.

Er stierven ook nog twee politieagenten bij een helikoptercrash.

Noem geweld bij naam

Het statement van de president over de betoging wordt op veel kritiek onthaald. Hij sprak van geweld “langs vele kanten” en weigerde om extreemrechts en neonazi’s bij naam te noemen.

Leden van zijn eigen partij en van de democraten veroordelen de woordkeuze, of net het gebrek daaraan, sterk. Zij zeggen dat de president het kwaad niet bij naam durft te noemen.

Zelfs op Twitter, de dagelijkse uitlaatklep van Trump, houdt de president zich in. Hij spreekt niet van een terreurdaad, noch van de neonazi’s. Zo zegt de Democratische ex-presidentskandidaat Joe Biden “dat er maar één kant is” op Twitter. Ivanka Trump, de dochter en adviseur van de president, sprak zich wel openlijk uit tegen het geweld.

Nationale eenheid

Het Witte Huis stuurde een nieuw persbericht de deur uit. Daarin staat “dat de president in zijn statement heel sterk alle vormen van haat en geweld veroordeelt. Natuurlijk houdt dat ook white supremacists, de KKK, Neonazi’s en alle andere extreme groeperingen bij. Hij riep op tot nationale eenheid en het samenbrengen van alle Amerikanen.”

What is vital now is a swift restoration of law and order and the protection of innocent lives.#Charlottesville pic.twitter.com/DB22fgnu6L
— Donald J. Trump (@realDonaldTrump) 12 augustus 2017

President van extreemrechts

Het persbericht werd uitgestuurd zonder Trump in de buurt, maar eigenlijk hoeft dat niet te verbazen, want Trump heeft zijn presidentschap voor een groot deel te danken aan extreemrechtse groeperingen.

Met verkiezingsbeloftes als een grensmuur tussen de Verenigde Staten en Mexico en het invoeren van een moslimban in het land heeft Trump zich heel populair gemaakt bij extreemrechtse groeperingen.

Op het internet verschenen dan ook al berichten van extreemrechtsen die de reactie van Trump over de betoging toejuichen. “Hij benoemde extreemrechts niet en wandelde weg toen hem er specifiek naar gevraagd werd. Hij heeft dat goed gedaan. God zegene hem.”

“Belofte van Trump nakomen”

Trump werd ook vernoemd in de reactie van David Duke, de voormalige leider van de Ku Klux Klan. Hij zei “dat het protest staat voor het terugnemen van ons land en het nakomen van de beloftes die Donald Trump heeft gemaakt, want daarvoor hebben we op hem gestemd. Hij zei dat hij ons land zou terugnemen en dat gaan we dan ook doen.”

Later reageerde Duke ook op het statement van Trump, waarin hij de president “er even wil aan herinneren dat het witte Amerikanen zijn die Trump tot president hebben gemaakt, geen radicale linksen”.

Trump heeft lange tijd geweigerd om openlijk over David Duke te spreken. Toen hij dat na aandringen wel deed, zei hij dat hij “de Ku Klux Klan verwerpt”, maar aangezien Trump de enige in het Witte Huis is die echt actie wil ondernemen om vluchtelingen en mensen uit het Oosten uit zijn land te houden én een muur te bouwen om de Mexicanen tegen te houden naar Amerika te komen, is het niet moeilijk om te begrijpen dat extreemrechtse groeperingen Donald Trump nog steeds als ‘hun’ leider zien.