Op de hoogte blijven van het laatste nieuws over Defensie, spionage of de oorlog in Oekraïne? Defensiejournalist Kasper Goossens stuurt ze wekelijks recht naar jouw mailbox. Interesse? Schrijf je via deze link in!
De Belgische en Nederlandse marines krijgen elk twee nieuwe fregatten. Dat werd vrijdagavond bekrachtigd door de ministerraden van beide landen. De schepen zullen vooral ingezet worden tegen onderzeeërs, maar kunnen ook hun mannetje staan tegen oppervlakteschepen en zelfs vliegtuigen. Maar heeft België voldoende met twee fregatten?
Waarom is dit belangrijk?
De Noordzee hoort bij de meest gebruikte zeeën ter wereld, zowel voor scheepvaart, visserij als voor energievoorziening en communicatielijnen. Dit houdt natuurlijk ook een risico in: vijandige mogendheden kunnen met schepen of onderzeeërs een zware impact hebben op Europese kustlanden, zoals België of Nederland. Een goed uitgeruste marine, die vijandige schepen kan afschikken, wegjagen of in een ultiem scenario zelfs vernielen, is dan ook geen overbodige luxe.
Neutraliseren van onderzeeërs
In het nieuws: België en Nederland krijgen elk twee nieuwe fregatten.
De deal werd vrijdag afgeklopt door de ministerraden van beide landen. In een deal ter waarde van meer dan vier miljard euro, krijgt de Nederlandse scheepsbouwer Damen de opdracht vier nieuwe fregatten te bouwen, die vooral worden ingezet op het neutraliseren van onderzeeërs, of ASW (anti-submarine warfare). Het Franse Thales, dat een sterke Nederlands connectie heeft, wordt verantwoordelijk voor de radar- en vuurleidingsystemen.
De ASW-fregatten zullen dienen als vervangers van de fregatten van de Karel Doormanklasse, die multi-inzetbaar zijn en waarvan Nederland en België elk twee exemplaren bezitten. Die schepen dateren uit het begin van de jaren 90, de verwachte levensduur liep tot 2018 tot 2023. Door moderniseringsprogramma’s zullen de schepen nu inzetbaar blijven tot 2030, als de Bene-landen hun nieuwe fregatten krijgen.
Over die kostprijs, vier miljard euro, was heel wat te doen: die prijs is namelijk bijna 800 miljoen meer dan de ramingen uit 2017. “Misschien heeft men in 2017 iets te optimistisch iets te optimistisch gerekend, omdat de budgetten ook beperkt waren”, wil Jasper Pillen, Kamerlid voor Open Vld en lid van de commissie Defensie, daarover kwijt. “Als je kijkt naar de internationale prijzen, dan ben je er met een miljard (per schip) nog relatief goedkoop van af.”
Voort moet ook opgemerkt worden dat België ook munt slaat uit de samenwerking, en een deel van de kostprijs ziet terugvloeien naar de eigen economie. Zo zal voor 335 miljoen euro aan uitrusting besteld worden bij de Belgische industrie
Mannetje staan
De schepen: Het primaire doel in het uitschakelen van onderzeeërs. Daarnaast kunnen de ASW-fregatten ook hun mannetje staan tegen lucht- en oppervlakte-tegenstanders.
Het resultaat van een lang ontwerpproces werd door Nederland bekend gemaakt, in een brief van de regering aan de Tweede Kamer, het parlement. De ASW’s kennen een waterverplaatsing van zo’n 6.400 ton; bijna een verdubbeling van de Karel Doormanklasse. De schepen zullen zo’n 145 meter lang worden, zo schreven Belgische media.
De schepen maken gebruik van een nieuw systeem om onderzeeërs op te sporen, de Under Water Warfare Suite. Daarna wordt gebruik gemaakt van Mk54-torpedo’s, die door het fregat zelf of een helikopter aan boord kunnen worden afgevuurd, om de vaartuigen uit te schakelen. Als verdediging zullen de ASW’s over een systeem beschikken dat torpedo’s kan afleiden, waarna een eigen anti-torpedo torpedo wordt afgevuurd om het projectiel uit te schakelen. Of die laatste er komt is echter zeer onzeker: het systeem moest nog worden ontwikkeld, en zou volgens bronnen zelfs geschrapt zijn.
Om oppervlaktedoelen te bestrijden, beschikt het fregat over een 76mm-boordkanon, eenzelfde kaliber als waar de Karel Doormans ook mee zijn uitgerust. Wel zal het kanon eerder ingezet worden tegen luchtdoelen. Daarnaast zullen de nieuwe schepen ook kunnen beschikken over anti-schipraketten, de Naval Strike Missile. Als wapen voor luchtverdediging zal het fregat ook Evolved Sea Sparrow-raketten krijgen, die kunnen afgevuurd worden uit 16 verticale lanceerbuizen. Elke lanceercel kan vier zo’n raketten dragen.
Onderliggend: De vraag blijft of 2 Belgische fregatten wel zal volstaan voor de oorlog van morgen.
Bij de tewaterlating van de M940 Oostende, de eerste van zes nieuwe mijnenjagers voor de Belgische marine vorige week, gaf de bevelhebber van de marine, Admiraal Jan De Beurme, duiding bij het aantal schepen: “We kopen er zes, omdat we er altijd twee operationeel inzetbaar moeten hebben, twee in onderhoud en twee in opleiding. Een veelvoud van drie is een correct aantal”, vertelde De Beurme aan VRT NWS.
Het is dan ook des te opvallend dat nu slechts twee fregatten worden aangekocht. Pillen treedt De Beurme ook bij, dat een derde fregat op langere termijn opportuun zou zijn. “Vorig jaar hadden we op een bepaald moment geen operationeel fregat: de Leopold 1 was uit de vaart, en de Louise Marie (beide Belgische fregatten, red.) is in opwerking voor volledige operationaliteit. Je ziet dan ook dat twee fregatten ervoor zorgt dat je op een bepaald moment geen operationele capaciteiten hebt. Op termijn moet je proberen dat recht te trekken”, zo zegt het Kamerlid
Toch nuanceert Pillen ook: “Op dit moment doe je de marine absoluut geen plezier met een derde fregat. Je hebt bemanning nodig, van alle lagen, om dat fregat operationeel te houden. Die mensen zijn er momenteel niet. We hebben nu vijf mijnenjagers, we gaan naar zes, waar er een pak meer bemanning op zit. We zitten nu al met een uitdaging op vlak van personeel, algemeen binnen Defensie.”
“Eerst moet je zorgen dat je voldoende mensen hebt die technisch geschoold zijn, wat in deze tijden een gigantische opdracht is. Technisch onderlegde mensen zoeken is een uitdaging. Laat ons eerst daarop focussen, zorgen dat er voor die zes mijnenjagers, eens ze gebouwd zijn, en de twee fregatten, als die tegen 2030 aankomen, voldoende mensen zijn”, zo zegt Pillen.