In Spanje is de discussie over de verkorting van de werkweek in volle gang. Vakbonden hielden donderdag massale protesten om de regering en het bedrijfsleven onder druk te zetten een akkoord te sluiten over het verminderen van het aantal werkuren. De regering van premier Pedro Sanchez wil dat de standaardwerkweek teruggebracht wordt van 40 naar 37,5 uur, maar de werkgeversorganisaties zien dat niet zitten.
De vakbonden, waaronder CCCO, zijn al geruime tijd aan het lobbyen voor een kortere werkweek, met als belangrijkste argument dat technologische vooruitgang het mogelijk maakt om de productiviteit te behouden of zelfs te verbeteren, zonder in te boeten op lonen of prestaties. Unai Sordo, de leider van CCCO, sprak de menigte in Madrid toe, vlak bij het hoofdkantoor van de werkgeversorganisatie CEOE.
“De Spaanse economie kan een kortere werkweek aan”, zei Sordo. Hij beklemtoonde dat dit niet alleen haalbaar is door technologische innovaties, maar dat het ook voordelen biedt zoals een betere werk-privébalans en mogelijk hogere productiviteit. De boodschap van de vakbonden is duidelijk: een kortere werkweek is een noodzakelijke stap om werknemers meer ademruimte te geven zonder de economie te schaden.
De regering wil hervormingen
De socialistische regering van Pedro Sanchez heeft haar steun uitgesproken voor de vakbonden en heeft concrete plannen om de werkweek te verkorten. Dit sluit aan bij bredere Europese doelstellingen, zoals uiteengezet in een rapport van voormalig ECB-voorzitter Mario Draghi, dat oproept tot meer concurrentievermogen binnen de EU. Een kortere werkweek zou de productiviteitskloof tussen lidstaten moeten verkleinen en Europa beter in staat moeten stellen om te concurreren met economische grootmachten zoals de VS en China.
Om bedrijven over de streep te trekken, heeft de regering stimulansen voorgesteld. Zo zouden kleine bedrijven met minder dan tien werknemers aanwervingspremies kunnen krijgen om de vermindering van werkuren op te vangen. Een bron dicht bij de regering suggereerde dat als er geen akkoord komt met de werkgevers, de maatregel tegen eind 2024 eenzijdig kan worden ingevoerd.
Bezorgdheid bij werkgevers
Hoewel de vakbonden en de regering optimistisch zijn over de voordelen van een kortere werkweek, zijn ondernemers een stuk terughoudender. Zij vrezen dat minder werkuren voor hetzelfde loon de kosten zouden kunnen opdrijven, wat nadelig kan zijn voor de winstgevendheid van bedrijven.
De zorgen zijn niet ongegrond. Frankrijk voerde in 2000 een 35-urige werkweek in, met als doel het creëren van meer banen. Het resultaat was echter dat arbeidskosten stegen, waardoor Franse bedrijven minder competitief werden op internationaal vlak. Spaanse werkgevers vrezen dat een vergelijkbare dynamiek zich kan voordoen.