Grote frisdrank-, snack- en snoepproducenten geven jaarlijks 21 miljoen euro uit om de Europese Unie te beïnvloeden. Genoeg geld om politici ervan te weerhouden effectieve regels tegen te houden die het gebruik van suiker in ons eten moeten terugdringen.
Uit een rapport van lobbywaakhond Corporate Europe Observatory (CEO) blijkt dat de voedselindustrie Europese toezichthouders onder druk zet, wetenschappers inlijft en lobbyt voor handelsverdragen die de EU-wetten verzwakken. De EU wil graag dat er minder suiker wordt gebruikt om zo hartziekten, zwaarlijvigheid en diabetes terug te dringen. En hoewel voedselindustrie wel zegt daaraan te willen meehelpen, blijkt dat in praktijk niet meer dan een praatje te zijn.
Strategie
Volgens het rapport houdt de voedingsindustrie er ook een consequente strategie op na om door zelf zwakke voorstellen te doen om de hoeveelheid suiker in hun producten op vrijwillige basis te verlagen een echt strenge wetgeving te saboteren.
Daarmee wil ze voorkomen dat er een suikerbelasting komt en/of etiketten waarop duidelijk staat vermeld hoeveel suiker er in een product zit. De voedselproducenten zijn niet bereid zijn om suiker in hun producten echt drastisch te verlagen, omdat ze met het soort voedsel waar veel suiker inzit de meeste winst behalen.
Volgens de onderzoekers gebruikt de suiker- en voedselindustrie dezelfde tactieken die de tabaksindustrie decennia geleden toepaste.
Boosdoener
De jongste vier decennia is de wereld erg dik geworden. Terwijl in 1980 nog 857 miljoen mensen wereldwijd te dik waren, was dat in 2013 al 2,1 miljard. Een volwassen persoon heeft volgens de definitie van de WHO overgewicht als zijn body mass index (bmi) meer dan 25 bedraagt. Vanaf een bmi van meer dan 30 wordt gesproken over obesitas. Obesitas is een belangrijke risicofactor voor hart- en vaatziekten, diabetes en sommige vormen van kanker. En de grootste boosdoener is suiker in ons voedsel.
Europa zal tegen 2030 te maken hebben met een “immense obesitasepidemie” bleek onlangs nog uit een nieuwe studie van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). En België zal het land zijn met het meeste dikke en obese vrouwen. 89 procent van onze vrouwen – of bijna allemaal – zullen dan veel te dik zijn.
89 procent van de Belgische vrouwen boven de 18 jaar zal dan een BMI hebben van meer dan 25 en dus lijden aan ernstig overgewicht. Daarmee worden we wereldleider en stoten we zelfs over enkele jaren al de VS van de troon: geen enkel land zal relatief gezien meer dikke vrouwen hebben.
Uit het onderzoek blijkt dat de overgrote meerderheid van de 53 onderzochte Europese landen zijn bevolking zal zien verdikken.
Amerika aan het inhalen
Wat wel zeker lijkt is dat we de VS aan het inhalen zijn en dat we in België bijvoorbeeld minstens even dik en wat de vrouwen betreft zelfs dikker zullen zijn dan de Amerikanen nu. In de VS zijn 7 op tien mannen te dik nu, ongeveer wat zal gelden voor de Belgische mannelijke bevolking in 2030.
Momenteel is 61,9 % van de Amerikaanse vrouwen te dik – en da’s een stuk lager dan de geprojecteerde 89 procent voor ons land over 15 jaar.
Uit een studie van de United European Gastroenterology (UAG) in 46 Europese landen, blijkt dat één op drie van de 6 tot 9-jarigen ongezond dik zijn ondertussen. 90% van hen zal nooit meer van dat overgewicht afgeraken. Volgens het rapport legt het probleem een bom onder de sociale zekerheid.
Nu al slorpt overgewicht een tiende van de kosten van de gezondheidszorg op in Europa. En, voorspelt het rapport, we staan nog maar aan het begin. Volgens de UAG dreigt het feit dat we met z’n allen te dik worden de duurzaamheid van ons gezondheidsstelsel onderuit te halen in de volgende 20 jaar.