Samen gamen zonder dat je ook maar één knop moet aanraken? Het kan: de universiteit van Washington heeft de eerste telepathische multiplayer ontwikkeld. Het spel kadert vooral in onderzoek naar telepathische probleemoplossing, maar wij onthouden momenteel dat je Tetris kan spelen met drie en zonder handen.
Het klinkt als behoorlijke flashy wetenschap, maar dat is het deze keer ook gewoon. Aan de universiteit van Washington is een team onderzoekers erin geslaagd om teams van drie mensen, die in verschillende kamers zitten, samen een spel Tetris te laten spelen. Bijzonder: de drie konden enkel communiceren via hun hersenen. De hersenengolven van de drie proefpersonen werden doorgestuurd via wifi.
Tetris met drie
Hoe gaat dat in z’n werk? Stel je een klassiek spelletje Tetris voor. Dat spelletje wordt geprojecteerd naar twee van de drie proefpersonen: de verzenders. Die zien enkel de lijnen en het blokje, maar kunnen het niet aansturen. Zij kunnen enkel signalen doorgeven aan de ontvanger.
Door een systeem van probes aan de achterkant van het hoofd van de proefpersonen en verschillende lichtflikkeringen voor het commando ja of nee, kunnen verzenders commando’s versturen. Zij beslissen allebei apart of ze het blokje zouden draaien of niet. Die informatie komt terecht bij de ontvanger. Hij of zij maakt dan een beslissing. De ontvanger kan twee keer informatie krijgen over elk blokje.
De researchers verwachtten dat de ontvanger uiteindelijk één van de twee verzenders meer zou gaan vertrouwen, naarmate er meer successen plaatsvonden aan de hand van hun advies. Dat bleek ook zo te zijn: elk spel werd zestien keer gespeeld door hetzelfde trio. Tegen het einde van elk spelletje bleek de ontvanger vaak blind op één van de twee verzenders te vertrouwen.
Praten met je hersenen
Het team hoopt dat de resultaten de weg zullen plaveien voor toekomstige brain-to-brain interfaces: rechtstreekse communicatie tussen mensen hun hersenen dus. De bedoeling daarvan is niet pure gemakzucht, maar problemen oplossen die niet door één brein op zich gefixt kunnen worden. Een beetje alsof we al onze hersenen online zouden zetten om er één grote supercomputer van te maken.
Klinkt het eng? Dat vinden ze bij de universiteit van Washington ook. De onderzoekers lanceerden daarom ook meteen een oproep om een breder gesprek over de ethiek achter de techniek op te starten. Want deze neurotechnologie staat misschien nog lang niet op punt, de wetenschap erachter beweegt in volle snelheid vooruit. Het is dus nu het moment om er een gesprek over te gaan hebben.
Wat de onderzoekers betreft moeten we het daarom snel over privacy gaan hebben, voor de technologie ons voorbij loopt. Daarom werkt het team samen met de neuro-ethische in het Centrum voor Neurotechnologie, om al enkele initiële antwoorden te formuleren. “Dit is nog een babystapje”, zegt Rajesh Rao, auteur van de studie aan Science Daily. “Onze apparatuur is nog zeer duur en lomp, en de taak is een spel. We zijn nog maar net begonnen.”