De Europese Commissie wil heel zwaar inzetten op de Europese productie van batterijen voor elektrische auto’s. Umicore, een gigantische bedrijf dat chemische stoffen maakt, gaat zich helemaal smijten op die markt en plant verschillende nieuwe batterij-fabrieken. Zowel in Antwerpen (de oude Opel-fabriek) als in Genk (oude Ford-fabriek) dromen ze van zo’n project. Bart De Wever (N-VA) en Wim Dries (CD&V) tonen allebei hun interesse.
Symbolisch zou het niet mooier kunnen zijn: uit de assen van de oude autofabrieken komt een nieuwe industrie rond elektrische auto’s tevoorschijn. Het is geen sprookje, het zou zomaar realiteit kunnen worden, dat exact op de plek waar duizenden ‘oude’ jobs verdwenen, er straks nieuwe jobs in de plaats komen.
Het is zeven jaar geleden dat in Antwerpen de Opel-fabriek dicht ging, en duizenden jobs verloren gingen. In 2012 sloot Ford dan in Genk z’n deuren en stonden nog eens 4.300 mensen op straat, plus nog een pak jobs bij toeleveranciers.
Maar nu is er dus hoop dat er een grote nieuwe fabriek komt. Eind vorige week kondigde Umicore aan dat het 660 miljoen euro wil investeren in twee nieuwe batterij-fabrieken. Ze plannen nu al één fabriek in Europa die tegen 2020 operationeel moet zijn. Het gaat om kathodematerialen voor herlaadbare lithium-ion batterijen. Dit jaar beslissen ze waar de Europese fabriek komt. Maar België komt zeker in aanmerking: het bedrijf zoekt hoogopgeleid personeel, een zekere energiebevoorrading, een goed bereikbare plek.
Umicore koers schiet omhoog
Om de fabrieken te financieren deed Umicore afgelopen weekend na beurssluiting een kapitaalsverhoging, waarop beleggers massaal reageerden: de koers schoot omhoog en Umicore werd plots veel meer waard. Thomas Leysen, ook eigenaar van kranten zoals De Standaard, het Nieuwsblad en NRC Handelsblad, is de voorzitter van de raad van bestuur van Umicore en een van de grotere aandeelhouders.
De lithium-ion batterijen zijn cruciaal om elektrische wagens te kunnen maken. Umicore gelooft dat ze zwaar gaan profiteren van die vraag naar dat type batterijen. Hun kathodemateriaal is van hoge kwaliteit, en dat is net wat de producenten van elektrische wagens nodig hebben. De voorsprong op de concurrentie is groot, zegt Umicore.
De burgemeesters worden wakker
De Antwerpse haven en het stadsbestuur van burgemeester Bart De Wever (N-VA) plooien zich nu driedubbel om die fabriek binnen te halen. De voormalige Opel-fabriek is perfect als lokatie. En het zal snel moeten gaan, als de fabriek al in 2020 moet openen. Zeker met de gemeenteraadsverkiezingen in aantocht in zo’n scenario een droom voor het Antwerpse stadsbestuur.
In Genk zijn er kapers op de kust. Want ook daar willen ze graag het project binnenhalen. Op de voormalige site van Ford Genk is er zeker plek. Het heeft min of meer dezelfde troeven als Antwerpen: een gigantisch terrein, goed bereikbaar, hoog opgeleid personeel in de buurt, klaar om meteen een gigantische fabriek neer te poten. Net als De Wever in Antwerpen is de Genkse burgemeester Wim Dries (CD&V) zwaar aan het lobbyen.
“Met zijn ligging, zijn arbeidskrachten en zijn Energyville is Genk zeker een van de mogelijkheden om de fabriek van Umicore te huisvesten”, zegt Dries in De Tijd. Dries en De Wever zullen dus vast en zeker binnenkort wel eens op de koffie gaan bij Umicore-voorzitter Leysen.
De Europese Commissie is ondertussen zwaar aan de Europese industrie aan het trekken om plankgas te geven op de ontwikkeling van elektrische wagens. En dan vooral de productie van batterijen. De Europese Commissie gaat uit van een kostprijs van 20 miljard euro, voor de bouw van tien tot twintig megafabrieken van batterijen. Europa belooft allerlei vormen van steun voor de bouw van die nieuwe productiecentra. Umicore is dus maar eentje van de vele.