Cuba schaft homohuwelijk af na nauwelijks een half jaar: ook in deze landen angst voor holebi-rechten

In Havana hangen de regenboogvlaggen halfstok: het homohuwelijk is er afgeschaft nadat het pas in juli werd goedgekeurd. Cuba’s president mag dan achter het homohuwelijk staan, de bevolking denkt er anders over en dus wordt de maatregel teruggeschroefd. Cuba is trouwens niet alleen: ook in Bermuda werd het homohuwelijk opnieuw afgeschaft en in enkele andere landen blijft het bang afwachten. 

Tot gisteren waren er 29 landen waarin het homohuwelijk theoretisch mogelijk was, vandaag is dat er eentje minder. Cuba heeft namelijk beslist om een amendament van z’n aangepaste grondwet te schrappen, nauwelijks enkele maanden nadat het eringezet werd.

Huwelijk versus samenwonen

Hoe komt dat? Voor één keer ligt het niet aan politieke onwil van een leider: in Cuba is Miguel Diaz-Canel momenteel president. Hij staat voor de immense taak om de grondwet opnieuw te schrijven. De oude grondwet, uit 1976, staat bijvoorbeeld geen privébezit toe, en is dus aan een update toe.

Op 18 juli 2018 was het dan ook zover: in de nieuwe grondwet, die overigens unaniem goedgekeurd werd, kon er van geen enkele vorm van discriminatie meer sprake zijn, aldus Diaz-Canel. Het huwelijk werd er dan ook in gedefinieerd als een “vrijwillige unie tussen twee personen.” Maar ondanks de unanimiteit, moet de president zes maanden nadien terugkrabbelen.

Het plan van God

Eén van de redenen is eenvoudigweg de publieke opinie: minstens vijf geloofsdenominaties maakten hun afkeuring voor het homohuwelijk al duidelijk, de bevolking is ook nog tegen. Ze lanceerden posters met pictogrammen van een man, een vrouw en twee kindjes erop met de slogan “Ik hou van God’s originele plan.” Uiteindelijk boog een parlementaire commissie zich over de kwestie: ze beslisten om het amendament op de grondwet er opnieuw uit te halen.

Australië zegt ‘ja’ aan het homohuwelijk

’t Is niet de eerste keer dat dat gebeurt: ook in Bermuda, technisch gezien een overzees gebied van Groot-Brittannië, maar met eigen wetten, bestaat de discriminatie nog. Daar werd het huwelijk tussen twee mannen of twee vrouwen goedgekeurd in 2017 en weer uit de grondwet gehaald in 2017. Daar ging het gedeeltelijk om een semantische kwestie: homo’s en lesbiënnes kunnen er wel nog wettelijk samenwonen met iemand van hetzelfde geslacht, met dezelfde rechten als gehuwde heterokoppels.

Religieuze invloed

Maar dat blijft een probleem: al te vaak zijn het religieuze groepen die de wetgevende macht dwingen om semantische spelletjes te spelen. Uiteraard zijn holebi-organisaties niet blij met zo’n beslissing: gelijkheid van rechten is natuurlijk het belangrijkste, maar waarom er dan nog twee definities moeten bestaan voor het huwelijk, blijft een vraag die door religieuze groepen beantwoord wordt.

Er zijn overigens nog twee landen waar de angst bestaat dat de gelijkheid van huwelijk wordt teruggetrokken. In Brazilië komt Jair Bolsonaro aan de macht in januari. De president heeft al regelmatig zijn walging voor het concept ‘homohuwelijk‘ openlijk laten blijken, hij is zelfs een trots homofoob. Bekendste uitspraak is wellicht dat hij “nooit kinderen zou hebben die homo zijn, want hij heeft ze een goede opvoeding gegeven.”

Brazilië

De Braziliaanse holebiverenigingen zijn dan ook doodsbang dat Bolsonaro de wetgeving die hen het recht op huwelijk geeft, zal terugdraaien. Bolsonaro’s vicepresident zou ook expliciete garanties gegeven hebben dat hij dat niet zal doen. Maar Brazilië is de grootste economie van Zuid-Amerika en toonaangevend, terwijl ze wel omringd zijn door landen waar homo zijn nog zo goed als strafbaar is.