De NAVO stuurt meer dan 800 extra soldaten naar Roemenië, om de oostflank van Europa te verdedigen tegen de Russische agressor. De soldaten zijn voornamelijk afkomstig uit Frankrijk en België, meer bepaald uit het Franse 27ste bataljon Chasseurs Alpins en het Belgische bataljon 1/3 Lanciers uit Marche-en-Famenne.
Op 4 maart vertrok een Airbus A400M vanop de luchthaven van Melsbroek met bestemming Roemenië. Aan boord: de voorhoede van Bataljon 1/3 Lanciers, aangevuld met enkele soldaten van het logistieke, medische en communicatieteam. Zij worden ontplooid in het kader van het NRF, de NATO Response Force.
Havenstad Constanta
De 1/3 Lanciers is een Belgische legereenheid die deel uitmaakt van de Gemotoriseerde Brigade. Soldaten van het bataljon waren al actief in verschillende trainings- en verdedigingsmissies, onder meer in Kosovo, Litouwen, Mali en Afghanistan.
Op 5 maart, een dag later, vertrok ook een konvooi van zo’n 100 legervoertuigen vanuit Kamp Albert in Marche-en-Famenne naar Roemenië. Dit bestond uit zware trucks met tenten, medisch materiaal en logistieke ondersteuning, maar ook brandstof en munitie. Enkele opleggers vervoerden zelfs zware pantservoertuigen, zoals de Piranha III, het pantservoertuig waar de 1/3 Lanciers mee werken. Uit foto’s van de eerste vlucht valt ook op te maken dat de soldaten enkele Iveco LMV’s meekrijgen, bedoeld om soldaten mee te verplaatsen.
Uiteindelijk vertrok vandaag het leeuwendeel van de legertroep ook naar Roemenië, meer bepaald naar de havenstad Constanta. Daar worden de Belgische soldaten vergezeld door zo’n 500 Franse soldaten van het 27e Bataljon Chasseurs Alpins, de elitetroepen van het Franse leger.
Iglo’s en ski’s
De Chasseurs Alpins is een speciale infanterie-eenheid, gespecialiseerd in gevechten in bergachtig terrein en in steden. De eerste eenheden werden opgericht aan het eind van de 19e eeuw, net na de eenmaking van Italië. Frankrijk voelde zich bedreigd door het nieuwe land, dat ook Alpini oprichtte, berginfanterie.
De Chasseurs Alpins trainen in de High Mountain Training School in Grenoble, waar ze leren vechten in koude, barre omstandigheden in de Alpen. Ook inbegrepen in de training is klimmen, skiën (zowel bergop als bergaf), iglo’s bouwen als schuilplaats en slapen bij 0°C. Ze verplaatsen zich te voet, per ski of met all-terrain-voertuigen voort, al dan niet met rupsbanden.
Binnen het Franse leger zijn de Chasseurs Alpins één van de elitetroepen, die doorheen de eeuwen al veelvuldig geëerd werden. Troepen van de eenheid vochten onder meer in beide Wereldoorlogen, in de Algerijnse oorlog in 1962 en in de Slag van Alasay in Afghanistan. Ook in de Sahel was het 27e bataljon aanwezig, waar ze vochten bij temperaturen van 40 graden Celsius.
(ns)