Eén glaasje alcohol per dag verhoogt de kans op een onregelmatige hartslag

Het verband tussen alcohol en gezondheid wordt al jarenlang in kaart gebracht. En nu hebben wetenschappers ook ontdekt dat één klein glaasje alcohol per dag de kans op hartritmestoornissen met 16 procent verhoogt. Meer specifiek gaat het om een grotere kans op boezemfibrilaties.

Zo’n 108.000 mensen tussen 24 en 97 jaar oud zijn veertien jaar lang gevolgd door wetenschappers. Die hielden nauwgezet in de gaten hoeveel alcohol ze dagelijks dronken, en wat de effecten daarvan waren op het hart. De onderzoekers focusten zich vooral op boezemfibrilaties, een soort hartritmestoornis.

Hartfalen

De resultaten van het onderzoek waren een beetje dubbelzinnig. Zo zijn de vermoedens bevestigd dat een klein beetje alcohol positieve gevolgen heeft voor hartfalen. Dat wil zeggen dat het hart te traag klopt. De grafiek die het risico daarop weergeeft, heeft een J-vorm. Wie af en toe een glaasje drinkt, heeft dus minder kans op hartfalen.

Boezemfibrilaties

Maar dat positief effect geldt niet voor mensen met boezemfibrilaties. Wie elke dag één glaasje drinkt, beïnvloedt de kans op die problemen negatief. De wetenschappers spreken in het European Heart Journal over een dosis van 20 gram ethanol. Dat staat gelijk aan een biertje van 33 centiliter, een glas wijn van 12 centiliter of 4 centiliter sterkedrank.

Wie elke dag één portie van 20 gram ethanol consumeert, verhoogt de kans op boezemfibrilaties met 16 procent. Tussen één en twee glazen per dag wordt die kans 28 procent groter. En wie meer dan vier glazen alcohol per dag drinkt, maakt 47 procent meer kans op boezemfibrilaties. Die zorgen voor duizeligheid en hartkloppingen en verhogen de kans op beroertes.

Voor- en nadelen afwegen

De onderzoekers benadrukken dat het verschil bij één glaasje alcohol per dag niet zo groot is. Maar mensen moeten zich wel bewust zijn van dat verschil. “Mensen moeten de risico’s en de voordelen (de positieve effecten op hartfalen, red.) tegen elkaar afwegen”, vertelde professor Renate Schnabel. Zij is cardiologe en één van de schrijvers van het onderzoek.

Meer
Lees meer...