Hoeveel stemmen volstaan voor een zetel verschilt van geval tot geval. Niks mis mee. Maar wat als het systematisch verschilt? De zetelverdeling is wettelijk oké, maar democratisch funest. Waarom?
Laat hierover geen misverstand bestaan: de verkiezingsuitslag is wettelijk in orde. Daarover gaat het niet. Het is ook geen probleem dat de ene zetel goedkoper is dan de andere, omdat er niet met halve of kwartjes van zetels wordt gewerkt, omdat ieder kanton anders is, omdat er meer mensen in hun bed blijven, omdat veel of weinig grote partijen zijn… Maar er zijn twee markante vaststellingen bij de verkiezingsuitslag. Dit zijn de cijfers nog eens:Alle ‘goedkope’ zetels gaan naar Franstaligen, alle dure naar Vlamingen
De onvermijdelijke verschillen die bij de zeteltoewijzing ontstaan, zouden normaal een ‘random’ karakter moeten vertonen. De groene (Vlaamse) en oranje (Franstalige) resultaten zouden een gemengd beeld moeten vertonen, en dat is duidelijk niet zo. Er is dus een SYSTEMATISCH verschil, geen toevallig.Het verschil is te groot (30% verschil te verklaren)
Natuurlijk krijgt in het systeem D’Hondt een grotere partij haar zetels gemiddeld ‘goedkoper’. Maar dan mocht je N-VA toch wel in het rijtje van de goedkoopste zetels verwachten. En dat is niet zo, het piepkleine cdH heeft haar zetels goedkoper dan de mastodont CD&V.
CD&V met 783.000 stemmen betaalt haar zetels maar 5% duurder dan N-VA met 1.366.000 stemmen. Het systeem D’Hondt gaat dus over een paar procenten. Maar Open VLD met 659.000 stemmen betaalt haar zetels maar liefst 45% duurder dan zusterpartij MR met 650.000 stemmen. Dat is een gigantisch verschil.
Het D’Hondt systeem is geen verklaring (0% verklaring)
Natuurlijk heeft de gelukkige die net de laatste zetel haalt een lager gemiddeld aantal stemmen per zetel, dan de ongelukkige die er naast greep. Maar dat leidt tot verschillen binnen de kieskring, dus tot onderlinge verschillen tussen Vlamingen, en onderlinge verschillen tussen de Franstaligen. Het leidt nooit tot een markant verschil tussen alle Vlamingen en alle Franstaligen.Een hoger aantal niet-stemgerechtigde inwoners? (7% verklaring)
Het aantal te begeven zetels is berekend op het aantal inwoners, en dat is niet hetzelfde als het aantal stemgerechtigde burgers. Minderjarigen en niet-Belgische inwoners zijn de belangrijkste verklaring voor het verschil. Maar Walen hebben niet massaal meer kinderen dan Vlamingen. En hoeveel niet-Belgen kunnen er méér zijn in het Franstalig landsgedeelte? Dat zijn er nogal wat:In verhouding zijn er 7% meer niet-stemgerechtigden in het Franstalig landsgedeelte. Dat is dus een belangrijke factor.
Misschien meer blanco’s? (1% verklaring)
Misschien zijn het de blanco en ongeldige stemmen? Er is in Wallonië en Brussel niet massaal meer Blanco gestemd. Hier zijn de cijfers:Bleven de Walen in hun bed? (11% verklaring)
Inderdaad. Blijkbaar zijn er 400.000 stemgerechtigde Vlamen op hun erf gebleven. Maar bij de Franstalige broeders namen 480.000 stemgerechtigden niet de moeite om te gaan stemmen. Dat is 11% meer dan in Vlaanderen.Weggesmeten stemmen? (5% verklaring)
In het Franstalig landsgedeelte werden de stemmen onder 35 verschillende partijen verdeeld. In Vlaanderen haalden maar 11 partijen stemmen. Dat levert een gigantisch verschil op in “verspilde” stemmen. In Vlaanderen zijn voornamelijk de Vlaams Belang-stemmen vanuit coalitie-oogpunt als ‘verspilde’ stemmen te beschouwen. Maar het Belang haalt tenminste drie zetels, zij het erg dure.
In Wallonië zijn er bijna 12% stemmen die uiteindelijk irrelevant zijn voor de coalitievorming. Als er van die 550.000 nutteloze stemmen 350.000 naar een N-FA waren gegaan, een Nouvelle Alliance Francophone, waren gegaan, dan zou deze partij ongeveer 8 zetels in de wacht slepen, en dan was de coalitievorming meteen een heel ander verhaal.
Als dit democratisch correct verliep, waarom is dan het resultaat ON-democratisch?
Dat is natuurlijk de vraag. Niet-stemgerechtigde inwoners, uw kinderen bijvoorbeeld, zijn burgers die vertegenwoordigd moeten worden. Walen hebben (als ze 80 euro boete willen riskeren) het recht om nièt naar de bollekeskermis te gaan. Wakkere gepensioneerden hebben het recht om een eigen partijtje op te richten. Dat is allemaal democratie. Hoe kan dan het eindresultaat ON-democratisch zijn?Even een karikatuur
Laten we er, om didactische redenen, even een karikatuur van maken.
(1) Er kan nooit een regering zijn in België zonder PS of MR.
(2) In onze karikatuur gooien MR en PS het op een akkoordje. PS krijgt de Waalse premier, MR krijgt de Brusselse, en als kers op de taart krijgt Reynders van Di Rupo de Wetstraat 16.
(3) Ze vormen die regering met hun Vlaamse tegenhangers, de “traditionele” partijen.
(4) Omdat ze al veel (goedkope) zetels hebben en ‘incontournable’ zijn in het Franstalig landsgedeelte, kunnen ze de Vlaamse partijen die “mogen” meedoen kiezen.
(5) Deze hypothetische regering Reynders-Di Rupo doet het bàr slecht.
Wat is dan het verwacht resultaat van de volgende verkiezingen?
De drie Franstalige ’traditionele’ partijen die deel uitmaakten van de coalitie verliezen elk meer dan 10% van hun stemmen. Oei. Samen 180.000 stemmen minder! Maar de verloren stemmen gaan naar 30 oppositiepartijtjes. Die hebben elk een paar duizend stemmen meer, maar nog steeds geen zetels. Bijgevolg gaan de zetels terug naar de verliezers. Met andere woorden, en daarover gaat het, hun aantal stemmen per zetel DAALT, maar hun aantal zetels DAALT NIET.Ondertussen in La Flandre
Hoe reageert Vlaanderen op de mislukte hypothetische regeringsperiode Reynders-Di Rupo 2014-2019? Alle afkeuring van Di Rupo levert de N-VA weer stemmen op. De traditionele Vlaamse partijen die medeplichtig zijn aan de coalitie verliezen zwaar en de N-VA stijgt naar 40 zetels! Vierde grote overwinning voor Bart! Hij lacht nog zuurder dan op 25 mei 2014.Maar de verliezer, Elio Di Rupo, verschijnt triomfantelijk op het Podium, toegejuicht door zijn enthousiaste kiezers. De coalitie behoudt 50 zetels in het Franstalig landsgedeelte! Een aanvaardbaar licht verlies. In Vlaanderen zijn de traditionele partijen een zevental zetels kwijt, maar uiteindelijk hebben de Franstaligen alweer maar 26 Vlamingen nodig om hetzelfde spel opnieuw te spelen. En dat de coalitie-partners weer wat zwakker zijn is zelfs goed nieuws voor Di Rupo en Reynders. Het geeft hén meer macht.Drie redenen waarom dit ON-democratisch is
(1) Hoewel het volgens de regels is, is de omvang van het verschil té groot. Kleine verschillen zijn onvermijdelijk, maar als partijen in één regio SYSTEMATISCH 30% minder stemmen nodig hebben voor een zetel dan zijn die over-vertegenwoordigd. Met 71.000 stemmen meer 10 zetels extra krijgen in vergelijking tot N-VA is er over. Dat is ON-Democratisch in een normaal systeem van ‘één man = één stem’.(2) Het volstaat dat de PS en MR in Wallonië een beleid voeren (of verder zetten) dat opkomst van een oppositiepartij voorkomt, en dat de onvrede naar onverschilligheid kanaliseert. Dan kunnen ze nooit veel zetels verliezen, hoeveel procenten ze ook kwijtspelen. Dat is ON-democratisch omdat een gezonde democratie veronderstelt dat je het beleid kan afstraffen.(2) Door de surrealistische staatkundige constructie in combinatie met de oververtegenwoordiging kunnen SP en MR met samen 1,4 miljoen stemmen het hele land hun wil coalitie-wil opleggen. Maar N-VA kan met haar 1,4 miljoen stemmen niets uithalen. Een gezonde democratie veronderstelt gelijkheid. En die is hier duidelijk niet aanwezig.Drie vaststellingen
(1) De oververtegenwoordiging van de Franstalige partijen in verhouding tot hun werkelijk gewicht in stemmen saboteert de normale democratische werking van het land.
(2) De betrokkenen aarzelen geen moment om dat voordeel maximaal strategisch te benutten.
(3) Op termijn zal dat de separatistische reflex in Vlaanderen verder aanwakkeren.
(4) Volgende keer, maar nu nog niet, moeten we de Vlamingen wel iets gunnen, denkt Elio, anders zijn we ze kwijt. En dat zou zonde zijn van dat “praktigeu lland daat weij saamén béwone”.
Meer van Flip De Mey: ‘Occupy Wetstreet: huidige zetelverdeling is democratisch onaanvaardbaar’, ‘Hoe PS en MR voor 71.000 stemmen tien extra zetels krijgen’ en ‘Waarom stelt niemand zich vragen bij het gebruik van een aanslag om een Ultiem Debat af te gelasten?’.