In heel Europa worden er strenge maatregelen genomen om het aantal coronabesmettingen in te dijken. Behalve in Zweden, daar werd nog geen officiële lockdown aangekondigd. Nu de teller op 4.000 besmettingen en 180 doden staat, krijgt die manier van werken heel wat kritiek van zowel binnen- als buitenland.

De Zweedse regering nam wel al een aantal maatregelen tegen het nieuwe coronavirus. Zo zijn een aantal scholen en universiteiten gesloten en werd aan de inwoners gevraagd om zoveel mogelijk van thuis uit te werken. De cafés en de restaurants blijven echter open.

Waarom zo laks?

Je zou je kunnen afvragen waarom Zweden nog geen strengere maatregelen heeft genomen. Doordat het eerste Zweedse sterfgeval pas op 11 maart werd vastgesteld, kon het kijken naar wat de gevolgen in Italië waren. Het virus heeft daar namelijk een zware impact gehad op de economie en dat wil Zweden koste wat het kost vermijden.

Hoewel Zweden pas later in aanraking kwam met het virus, heeft het nu een relatief hoog besmettingspercentage. Met 39,6 besmettingen per 100.000 inwoners doet het land het slechter dan het Verenigd Koninkrijk dat 33,8 besmettingen heeft. Het lijkt erop dat Zweden er niet is in geslaagd het virus te voorkomen, maar dat het gewoon een fatale uitbraak heeft uitgesteld.

“We testen niet genoeg, we volgen niet genoeg en we isoleren niet genoeg. We hebben het virus losgelaten. Ze leiden ons naar een catastrofe”

Cecilia Soderber-Naucler

Kritiek

Vorige week publiceerden 2.000 Zweedse universitairen een open brief waarin ze de strategie van de regering in twijfel trokken. Onderzoekster in de immunologie, professor Cecilia Soderberg-Naucler zei: “We testen niet genoeg, we volgen niet genoeg en we isoleren niet genoeg. We hebben het virus losgelaten. Ze leiden ons naar een catastrofe”. Ook andere deskundigen gaven kritiek. Zo zei Frederik Elgh, professor virologie aan de Umea universiteit, dat Zweden het enige land is dat er niet alles aan doet om het virus in te dammen.

Maar voorlopig worden er geen strengere maatregelen genomen. Kinderen jonger dan zestien moeten bijvoorbeeld nog steeds naar school gaan. De regering vertrouwt in de burgers dat ze het advies van de regering en de deskundigen volgen. En dat lijken ze voorlopig te doen: de helft van de bevolking zegt de regering te vertrouwen en de maatregelen die ze nemen. Het wetenschappelijke gedeelte van de bevolking blijft ongerust.

Het is niet uitgesloten dat de maatregelen verstrengd zullen worden maar voorlopig blijven ze rekenen op het gezond verstand van de bevolking om zo de economie en maatschappij te beschermen.