Bij de parlementsverkiezingen in Finland heeft de Sociaaldemocratische Partij nipt gewonnen met 17,7 procent van de stemmen. De socialisten wonnen met amper 0,2 procent van de Finse Partij, vroeger de Ware Finnen (17,5 procent), een partij die tegen het homohuwelijk en de EU is en door opiniemakers beschuldigd wordt van racisme en discriminatie.
Op de derde plaats staat de conservatieve Nationale Coalitie Partij met 17,0 procent, gevolgd door de Centrumpartij van de vertrekkend premier Juha Sipilä met 13,8 procent. De Groene Partij, winnaar in de hoofdstad Helsinki, staat op de vijfde plaats met 11,5 procent.
De sociaaldemocratische leider Antti Rinne zei dat alle coalitieopties op tafel moeten blijven liggen als zijn partij wint, maar dat partijen in de nieuwe regering dezelfde waarden moeten hebben. Het lijkt dus weinig waarschijnlijk dat de socialisten in zee zullen gaan met de Finse Partij.
(De Moeder aller Verkiezingen: meer dan 1 op 8 mensen op onze planeet naar de stembus in India.)
Eurosceptisch en tegen homohuwelijk
De Finse Partij is namelijk erg gekant tegen de EU, de NAVO, het homohuwelijk en adoptie door holebikoppels. Migranten die na vijf jaar in Finland de Finse taal nog niet geleerd hebben, moeten als het van de Finse Partij afhangt, het land verlaten.
De klimaatverandering, het immigratiebeleid en de ouderenzorg waren de belangrijke onderwerpen bij de verkiezingen. Rinne is voormalig minister van Financiën en vakbondsleider.
(Krijgen Britten straks ineens een jaar uitstel voor brexit?)