In het kort

• Idris Elba is van plan om in de komende tien jaar naar Afrika te verhuizen om de filmindustrie van het continent te ondersteunen.
• Elba wil een film produceren in zijn studio in Accra.
• De acteur erkent dat de Afrikaanse filmindustrie voor uitdagingen staat, waaronder piraterij, beperkte opleidingsmogelijkheden en een gebrek aan formele instellingen.

Idris Elba is van plan om binnen tien jaar naar Afrika te verhuizen om de filmindustrie van het continent te ondersteunen.

De 52-jarige acteur, bekend van zijn rol in “The Wire”, is betrokken bij de ontwikkeling van filmstudio’s op Zanzibar en in Accra, Ghana. Elba, wiens moeder uit Ghana en vader uit Sierra Leone komt, heeft een diepe band met Afrika. Hij wil zijn bekendheid gebruiken om de filmwereld van het continent te versterken, waarbij hij benadrukt hoe belangrijk het is dat Afrikanen hun eigen verhalen vertellen.

Elba wil tien jaar in Afrika vertoeven

Elba deelde zijn plannen tijdens een interview op een bijeenkomst van de filmindustrie in Accra. Hij verklaarde dat hij tien jaar lang op het continent zal verblijven om actief bij te dragen aan de groei van de filmindustrie. Hij ziet zichzelf in verschillende Afrikaanse steden wonen en locaties kiezen waar meeslepende verhalen worden verteld.

Studio in Accra

Een van Elba’s ambities is om een film te produceren in zijn studio in Accra. Hij gelooft dat het cruciaal is dat Afrikanen in de voorhoede van het filmmaken staan – zowel op het scherm als achter de schermen, inclusief financiering, distributie, marketing en het tonen van het eindproduct. Hij hoopt dat het publiek wereldwijd een genuanceerder begrip van Afrika krijgt door films die de verschillende culturen, talen en realiteiten van Afrika laten zien, naast verhalen waarin het vaak gaat over conflicten en trauma’s.

Uitdagingen voor de Afrikaanse filmindustrie

Elba erkent het bestaande talent in de Afrikaanse filmindustrie, maar benadrukt de behoefte aan betere faciliteiten. Een rapport van UNESCO uit 2022 ondersteunt deze observatie en stelt dat hoewel de Afrikaanse filmproductie aanzienlijk is gegroeid, uitdagingen zoals piraterij, beperkte opleidingsmogelijkheden en een gebrek aan formele filminstituten de vooruitgang belemmeren.