Stel je even voor dat je gelukkig bent. Je hebt alles wat je hartje begeert, tot je broer ermee vandoor gaat. Koen De Bouw speelt Mark, een verbitterd man die al jaren met de frustratie leeft dat zijn broer Michel (Koen De Graeve) er met zijn vrouw en zijn geld vandoor gegaan is. En dan krijgt hij de kans om zijn broer – die zich ondertussen te pletter heeft gereden tegen een boom – terug te pakken door zich tegenover de schatrijke Grace (die al jarenlang een boontje heeft voor Michel, maar niet weet dat hij overleden is) voor te doen als zijn broer. Hij wordt klaargestoomd door zijn vriend Ronnie (Titus De Voogdt) die zelf ook op zijn deel van de buit hoopt.
Het is in het kort waar de nieuwe film van Geoffrey Enthoven (Hasta La Visa, Halfweg) start. Het bijzondere aan de film is dat Michel, het personage van Koen De Graeve, zo dood is als een pier. En toch zien we ‘m nog, niet in flashbacks maar in het heden. Mark praat met zijn overleden broer en Michel praat gewon terug. Broer is een typische Enthoven: er mag in gelachen worden, maar evengoed word je aan het denken gezet en worden emoties niet geschuwd. We praatten erover met de twee Koens, de twee ‘broers’. Een gesprek waarin we het nut van achternamen plots heel helder inzagen.
Maar eerst: de trailer!
Op het hart trappen
Koen De Bouw: In het begin van de film gaat het niet goed met Mark. Hij zondert zich af van de wereld en heeft zich teruggetrokken met zijn woede als enige gezelschap. Ondertussen praat hij met zijn overleden broer, ventileert hij op die manier zijn woede op hem. En wanneer Grace zich aandient ziet hij eindelijk zijn kans op wraak.
Koen De Graeve: Michel, de dode broer, is een flierefluiter. Althans: zo ziet Mark hem. Ik zie hem graag als iemand die slachtoffer was van zijn hart. Hij werd toevallig verliefd op de vrouw van zijn broer. Echt verliefd. Je moet het je proberen voorstellen: elke keer als hij haar zijn broer zag knuffelen of kussen, hoopte hij dat hij dat zou zijn. Dat doet pijn. Toen zij Mark dan wilde verlaten, greep hij zijn kans, wetende dat hij daarmee op het hart van zijn broer zou trappen. Zijn levensstijl tot dan toe was gewoon het wegmoffelen, het ontkennen van de pijn die hij voelde.
Broer is deels opgenomen in Ierland. Er zitten prachtige shots in de film die me meteen zin gaven om tot daar te gaan. Eén van de mooiste shots uit de hele film vind ik jij (Koen De Bouw) die zit te vissen op een verlaten Iers meer, turend in de verte. Net nadat Ronnie (rol van Titus De Voogdt) gezegd heeft “Vissen helpt tegen een gebroken hart.” Een paar seconden uit een film van bijna twee uur, maar wel het stukje dat mij het meest is bijgebleven.
De Bouw: Je moet er zeker naartoe gaan, naar Ierland. Het is echt prachtig. Dat vissen, dat heeft Titus me daar geleerd en ik ben er niet meer mee gestopt. Dat is ontzettend rustgevend. We zijn nu ongeveer een jaar na de opnames, maar wanneer het weer en onze agenda’s het toelaten dan bel ik Titus weer om te gaan vissen. We hebben het al een paar keer gedaan sinds de opnames.
Na Halfweg is het de tweede keer, Koen De Graeve, dat je met Geoffrey Enthoven werkt. Dan moet er iets zijn aan de werkwijze van de regisseur dat je bevalt.
De Graeve: Zeker. Ik heb eigenlijk een eerder bescheiden rolletje in deze film, want ik ben dood en ik verschijn zo nu en dan maar eens, maar het is omdat Geoffrey het vroeg dat ik meteen heb toegezegd. Het fijne is dat ik eigenlijk voortdurend aanwezig ben in deze film, zelfs als ik er niet ben.
De Bouw: Voor mij is het de eerste keer, maar Broer is wel een film die ik in het hart ga blijven dragen. Al je producties zijn je kinderen, maar het ene zie je dan toch weer net iets liever dan het andere en Broer is toch één van de favorieten.
En waar ligt dat aan?
De Bouw: Verschillende factoren natuurlijk. Aan de toon van de film, om te beginnen. Ik vorm samen met Titus De Voogdt een soort van komisch duo en dat klikte echt, maar er was ook plaats voor oprechte emoties en voor de traan. En wat als acteur interessant is, is dat ik voor deze rol een hele waaier aan emoties heb mogen doorlopen. In het begin is Mark een kluizenaar die de buitenwereld als bedreiging ziet. Hij is cynisch, verbitterd en eenzaam. Vervolgens drijft hij op wraak, dan wordt hij verliefd en vervolgens wordt er weer op zijn hart getrapt.
Zijn dat emoties die je na verloop van tijd zo kan bovenhalen?
De Bouw: “Zo bovenhalen” klinkt misschien net iets te makkelijk, maar na verloop van tijd heb je als acteur wel bepaalde lades die je kan opentrekken wanneer je een bepaalde emotie moet gaan spelen. Zonder arrogant te willen klinken: je creëert toch een soort vakmanschap. De tijd van wroeten in jezelf om de juiste emotie te vinden is op een bepaald moment voorbij.
Amerikaanse tv-film
Zag ik al een beetje wroeging, een kleine aarzeling, van zodra Mark, aangekomen in Ierland, het horloge omdoet dat bedoeld was als welkomstcadeau voor zijn broer?
De Bouw: Ik ben blij dat je dat eruit hebt gehaald. Het is op dat moment dat Mark beseft dat hij eigenlijk iets aan het doen is dat niet hoort, dat hij met echte emoties aan het spelen is.
Mark praat nog met z’n broer. Hij mist ‘m veel harder dan hij zou willen toegeven, ik geloof zelfs dat hij ‘m altijd heeft bewonderd en stiekem meer Michel heeft willen zijn.
De Graeve: Ik denk dat wel, maar dat is dan alleen maar omdat Mark zijn broer altijd gezien heeft als iemand bij wie het leven vanzelf ging, iemand die erdoor fladderde, een flierefluiter zonder al te veel bagage. Maar dat klopt natuurlijk niet. Ik denk dat de broers veel meer op elkaar lijken dan ze eigenlijk durven toegeven.
De Bouw: Mark zegt het met zoveel woorden hé: “Ik ben blij dat ge u kapot hebt gereden.” En toch blijft hij met ‘m praten. Een manier om zijn broer bij zich te houden, denk ik.
Koen De Bouw, je bent de laatste tijd voornamelijk op televisie te zien geweest – The Team en T., daarvoor was er Cordon, Deadline 25/5, Vermist. Nu komt er weer een periode aan waarin je voornamelijk in de filmzaal te zien zal zijn.
De Bouw: Ik heb er niet zo bewust bij nagedacht, maar ik denk dat er eerder een mengelmoes zal zijn. Het tweede seizoen van T. is net helemaal ingeblikt en een derde werd besteld. In februari draai ik mijn eerste Amerikaanse tv-film , direct daarna De Premier met Erik Van Looy en in september/oktober de derde en laatste Vincke & Verstuyft-film na De Zaak Alzheimer en Dossier K. Het Tweede Gelaat heet die, maar tegen de tijd dat die afgewerkt is, zitten we alweer in 2017.
De Graeve: Ik denk daar ook niet zo bewust van na. Ik hoor wel eens dat ik toch vooral bekend ben van films, maar daar ben ik het niet mee eens. Het hangt ervan af aan wie je ’t vraagt,. Ik ben ook veel in het theater te zien. En op televisie heb ik toch ook al Wat Als? gedaan, Met Man En Macht, Deadline 14/10. Het is alleen wel zo dat ik huiverig sta tegenover langlopende televisierollen. Ik wil me engageren voor televisie, maar het einde moet ook altijd in zicht zijn. Ik ben vrij rusteloos, doe graag veel verschillende dingen, ik zie me dan ook geen vier seizoenen hetzelfde personage spelen.
Tegenwoordig hoort bij die verschillende dingen ook de muziek bij. In 2014 heb je met De Post een eerste album uitgebracht, Naar Frankrijk. Ik vond dat erg goed dus ik vraag me af: komt er een vervolg op?
De Graeve: Ik ben heel blij om te horen dat je ’t goed vond, want De Post ligt me erg na aan het hart. We hebben nu een eerste plaat gemaakt, we hebben daar een aantal fijne optredens door kunnen spelen en ik heb me daar ontzettend mee geamuseerd. Dus: ja, daar komt zeker nog een vervolg op.
Dat wilde ik maar weten. Bedankt voor het gesprek, Koen en Koen.