Vorige zondag zijn de Oscars uitgereikt in Hollywood. De twee belangrijkste films die deze week bij ons uitkwamen, waren in 2019 al in de Verenigde Staten te zien en deden dus mee voor de prijzen. Little Women ,van Greta Gerwig, werd vooraf nog ietwat tot de favorieten gerekend en wist zes nominaties binnen te halen, maar won uiteindelijk enkel Costume Design. Richard Jewell, de nieuwe film van Clint Eastwood, werd er quasi genegeerd en wist alleen een nominatie binnen te halen voor Kathy Bates. Eastwood heeft dan ook een erg middelmatige film afgeleverd, maar hoofdrolspeler Paul Walter Hauser werd wel schandelijk over het hoofd gezien.
Little Women: de bijzonderheid van het gewone
Als we in al die jaren als journalist iets geleerd hebben, dan is het wel dat iedereen een boeiend verhaal in zich draagt. Op Canvas valt dezer dagen de fenomenale reeks Gentbrugge te bekijken (ook te vinden via VRT NU), waarin Joris Hessels zich wil integreren in zijn nieuwe buurt en dus rondfietst, op bankjes gaat zitten, rondwandelt en praatjes aangaat met mensen. Hessels zoomt in korte stukjes in op het leven van de mensen die hij ontmoet en ontdekt zo in ieders leven toch weer iets bijzonders, iets buitengewoons.
Eenzelfde gedachte overviel ons bij Little Women, de nieuwe film van Greta Gerwig die ook Lady Bird al regisseerde. De film die het vorige zondag moest stellen met de Oscar voor Costume Design. Het gaat om een nieuwe verfilming van het beroemde boek van Louisa May Alcott uit de tweede helft van de 19e eeuw dat het leven van de vier zussen March beschrijft. Jo (Saoirse Ronan) is van hen de ambitieuze schrijfster en verhuist naar New York om haar verhalen gepubliceerd te krijgen, Meg (Emma Watson), de oudste, droomt van liefde en een gezin, Amy (Florence Pugh), wil rijk trouwen en haar schilderkunst perfectioneren en dan is er nog Beth (Eliza Scanlen), de stille en een begenadigd pianiste.
Vader (Bob Odenkirk) is afwezig omdat hij in de oorlog vecht, moeder (Laura Dern) zet zich in voor zij die nog minder hebben dan zijzelf. Aan de overkant wonen dan weer de steenrijke Mr. Laurence (Chris Cooper), zijn kleinzoon Laurie (Timothée Chalamet) en diens wiskundeleraar Mr. Brooke (James Norton).
Het zijn op het eerste zicht doodgewone mensen met doodgewone levens. En toch zijn ze allemaal bijzonder. Het meest spitst het verhaal zich toe op Jo, die onafhankelijk wil blijven, haar eigen geld wil verdienen als schrijfster en haar lot niet wil verbinden aan dat van een man. Zelf vindt ze zichzelf lelijk en lomp en volgens haar rijke tante (Meryl Streep) is ze een “lost cause”. Amy zegt het ergens met zoveel woorden: als vrouw in die tijd waren je opties om geld te verdienen zeer beperkt. En vergeet het maar dat je evenveel zou kunnen verdienen als een man. Dus als vrouw kon je maar best je “andere troeven” uitspelen, mooi zijn en rijk trouwen.
We begrijpen waarom Greta Gerwig deze film wilde maken. Anderzijds is het ook al de vierde keer dat deze film werd gemaakt, en dan tellen we de mini-reeksen (waarvan de meest recente in 2017) niet eens mee. Het is dus niet het meest originele materiaal. Wél is Gerwig erin geslaagd om zowat alle meest talentvolle actrices van de nieuwe jonge generatie bij elkaar te krijgen. De naturel waarmee Saoirse Ronan, Florence Pugh, Emma Watson en ook die stille Eliza Scanien staan te acteren tonen misschien vooral nog aan wat voor een karikatuur Meryl Streep van zichzelf geworden is.
Ja, Little Women is feministisch, maar draaide het voor ons in de eerste plaats niet om. In de eerste plaats wordt er hier steengoed geacteerd en dan mogen we ook de rol van Chris Cooper als Mr. Laurence, hoe klein ook, niet vergeten. Hoe hij Beth bij hem uitnodigt om bij hem op z’n piano te spelen omdat hem dat doet denken aan zijn overleden dochter: het deed ons een traantje wegpinken.
Zonder cinematografische ingrepen zou Little Women een doodgewone, zelfs ietwat saaie film geweest zijn. Het is omdat Gerwig ervoor gekozen heeft om de gebeurtenissen niet-lineair te verfilmen en als een puzzel door elkaar te gooien dat er nog wat te beleven valt. Het is een trucje, maar het is een legitiem trucje dat bijvoorbeeld ook werd toegepast door Alejandro González Iñárritu in zijn eerste films en daar werkte het ook.
Als geheel blijft Little Women iets banaals hebben, maar doordat er zowel groot talent voor als achter de camera stond, hebben we tijdens het kijken toch weer dat buitengewone in het gewone gevonden.
Score: 8/10
Richard Jewell: Eastwood mag een ander plaatje opleggen, Paul Walter Hauser red de film
Als hij 31 mei nog haalt, dan wordt Clint Eastwood er 90. We hebben geen idee wat er in die man zijn DNA verscholen zit, maar hij blijft aan een hoog tempo films afleveren. Zijn meest recente heet Richard Jewell en die volgen The Mule én The 15:17 To Paris op, twee films die hij draaide in 2018.
The Mule was één van die kleine, charmante en onverwachte verrassingen die het leven de moeite waard maken, een film met een 90-jarige bloemist in de hoofdrol die een ode wist te brengen aan mensen die hun leven bijna geleefd hadden. Met zijn nieuwe knoopt Eastwood weer aan bij dat andere soort films dat hij de laatste jaren bijna zonder uitzondering maakt en die ons vaak al op voorhand doen zuchten: heldenfilms. Vaak hoort daar dan ook nog eens bij hoe (overheids)instanties die helden onderuit proberen halen. Denk aan American Sniper, The 15:17 To Paris en ook Sully, de enige film in dat rijtje die de moeite was.
Richard Jewell kan in dat rijtje aansluiten en vertelt het verhaal van een bewakingsagent die, tijdens de festiviteiten rond de Olympische Spelen in Atlanta in 1996, een verdacht bompakket ontdekt, de autoriteiten waarschuwt en ervoor zorgt dat er niet meer doden vallen dan de twee slachtoffers die daar te betreuren vielen. Het is ook diezelfde Richard Jewell die later door de FBI in het vizier genomen wordt als hoofdverdachte.
We hebben een aantal fundamentele problemen met deze film. Vooreerst hebben we ’t gevoel dat we dit soort film al iets te vaak hebben gezien van Eastwood. We weten hoe het in elkaar zit, we weten wat er gaat gebeuren. Maar ook bij de cast rammelt het: Olivia Wilde (die journaliste Kathy Scruggs speelt) zet op erg irritante manier een overambitieuze journaliste van The Atlanta Journal neer, Kathy Bates (als de moeder van Jewell) hebben we eerder al veel beter gezien en Jon Hamm als gehaaide FBI-agent doet ons veel vaker aan Don Draper denken dan we zouden willen.
We zitten dus met een cast waarin onmiskenbaar talent aanwezig is. Alleen lukt het hen niet om dat ook aan te wenden. Dat Richard Jewell geen misbaksel van een film geworden is ligt aan twee mensen. Enerzijds Sam Rockwell die erg te genieten is als de onconventionele advocaat Watson Bryant. En anderzijds de veel te onderbelichte prestatie van Paul Walter Hauser als Richard Jewell zelf.
Want man, wat is me dat een interessante figuur. Jewell is het soort persoon dat geheid en zonder twijfelen een bolletje voor Trump getekend zou hebben in 2016 als hij toen nog geleefd zou hebben. Hij stierf op zijn 44e (in 2007) aan een hartaanval en ziet er dan ook uit als de gemiddelde Amerikaan die in Atlanta woont: hij loopt gebukt onder z’n eigen overgewicht en z’n menu bestaat uit fastfood.
Maar daar stopt het niet: Jewell heeft er altijd al van gedroomd om ordehandhaver te worden. Hij heeft een grote bewondering voor de wet en het uitvoerende gezag van die wet. Dat gaat zelfs zo ver dat hij zichzelf wel eens de functie van agent durft aanmeten, ook al is hij dat helemaal niet. Hij kent de wet ook helemaal uit zijn hoofd, heeft thuis een uitgebreide wapencollectie liggen (“ik jaag graag op herten”) en als de FBI oppert dat hij een handlanger moet hebben gehad en dat het wel eens een homoseksueel vriendje geweest zou zijn, maakt Jewell zich vooral daar zorgen om: dat de mensen wel eens zouden kunnen denken dat hij homoseksueel is en dat hij dat gerucht toch uit de wereld moet helpen.
Niet dus bepaald het type persoon waar wij mee bevriend zouden kunnen raken, maar Jewell heeft wel een goed hart. Soms wordt het zelfs komisch, zoals wanneer hij de FBI wil helpen met hun huiszoeking, maar hij zichzelf daar alleen maar nog dieper de nesten mee in werkt. De manier waarop Paul Walter Hauser aan die figuur gestalte geeft, is indrukwekkend. Je ziet hem soms bijna in tranen uitbarsten, je ziet de woede intern kolken, maar telkens wint zijn respect voor het gezag het van die gevoelens. De Hollywood Critics Association beloonden Walter Hauser met de Game Changer Award en dat lijkt ons niet meer dan terecht. Dat hij verder in het hele awardseizoen en ook door de Academy helemaal over het hoofd gezien werd, vinden wij moeilijk te begrijpen.
Richard Jewell is een middelmatige, bijwijlen irritante film van een regisseur die alweer hetzelfde verhaaltje staat op te dreunen. Dat het niet helemaal een misbaksel van een film is geworden, is te danken aan prachtprestaties van Sam Rockwell en vooral ook hoofdrolspeler Paul Walter Hauser. Het doet ons uitkijken naar wat deze man nog allemaal in zich heeft. Eastwood zelf heeft de keuze: met pensioen gaan of nog eens een ander plaatje opleggen.
Toch willen we ook dit nog gezegd hebben: we hadden echt nooit kunnen vermoeden dat we in een film van Clint Eastwood nog eens een menigte zouden zien dansen op de Macarena. Plezant!
Score: 6/10