ACV Metea, de grootste nationale industrievakbond van ons land, investeert miljoenen euro’s via Luxemburg en het eiland Mauritius. Dat blijkt uit de onthullingen van LuxFiles, gebundelde onderzoeken van Le Soir en De Tijd naar constructies van Belgen in het groothertogdom Luxemburg.
De kranten Le Soir en De Tijd doorzochten bijna 1,5 miljoen documenten uit het Luxemburgse bedrijvenregister. Een opvallende vis daartussen was de christelijke vakbond ACV Metea, dat bestaat uit 220.000 leden en 10.000 militanten. Dat bij uitstek een vakbond in Luxemburg en op Mauritius gaat profiteren van belastingvoordelen, is in fel contrast met het feit dat de bonden voor maatregelen tegen belastingontwijking pleiten.
Investeringen van 5 miljoen euro
In 2010 richtte ACV Metea mee het Rural Impulse Fund II op. Het ging om een nieuw fonds voor microfinanciering, de verlening van kleine kredieten aan landbouwers en andere kleine ondernemers in ontwikkelingslanden. ACV Metea pompte bijna 5 miljoen euro in het fonds en is samen met andere ACV-bonden ook aandeelhouder van Incofin, de beheerder van het fonds.
De financiering door ACV Metea gebeurde echter niet vanuit België maar via Luxemburg, waar maar liefst 30 tot 50 procent van de microfinancieringsmarkt gevestigd is. Dat heeft Luxemburg niet enkel te danken aan zijn expertise, maar ook aan zijn fikse belastingkortingen. Zo worden microfinancieringsfondsen in Luxemburg niet eens verplicht om de minimumtaks te betalen, wat andere soorten fondsen wél moeten.
Belastingvrijstellingen op Mauritius
Een ander deel van investeringen van ACV Metea gebeurde via Mauritius. Geen enkele investering vond daadwerkelijk op dat eiland plaats, er werd enkel gebruikgemaakt van een postbusadres.
In de jaarrekeningen van Rural Impulse Fund II staat letterlijk dat de omweg via Mauritius belastingvrijstellingen oplevert. Vorig jaar kwam de eilandstaat nog onder vuur te liggen in de nasleep van de Paradise Papers.
Winstaandeel van 1,2 miljoen
ACV Metea heeft al een flinke som geld verdiend aan het fonds. Hun investering van 4,6 miljoen is ondertussen al 5,6 miljoen euro waard. In 2016 ontving ACV Metea nog een winstaandeel van 1,2 miljoen euro.
Met hun statuut van ‘feitelijke vereniging’ had ACV Metea ook nog op een achterpoortje in de Belgische wet beroep kunnen doen om op dat winstaandeel geen belasting te betalen. Dat heeft de vakbond niet gedaan. Ondertussen werd het gat in de wetgeving door de regering-Michel dichtgemetseld.
“Luxemburg geen fiscale keuze”
ACV Metea-voorzitter William Van Erdeghem liet aan De Tijd weten dat de keuze voor Luxemburg “geen fiscale keuze” was. Hij wil niet van een Luxemburgs “postbusvennootschap” spreken, ook al wordt het fonds vanuit België beheerd en is het in Luxemburg gevestigd op het adres van de bank KBL.
De vakbond zegt wel routes via eilanden zoals Mauritius in de toekomst “tot een minimum te willen beperken”: “Maar kan je dat tot honderd procent vermijden? Tja, Ik vermoed van niet. Anders moet je er gewoon uitstappen.”