Lionel Messi wint Ballon d’Or; De Bruyne 8ste, Lukaku 12de

Lionel Messi heeft enigszins verrassend de Ballon d’Or gewonnen, een van de belangrijkste individuele voetbalprijzen uitgereikt door het Franse magazine France Football. De Argentijn van PSG haalde het met 33 punten voorsprong van Bayern München-aanvaller Robert Lewandowski, die door velen als topfavoriet werd gezien. Kevin De Bruyne strandde op een achtste plaats, Romelu Lukaku werd twaalfde. Bij de vrouwen ging de prijs naar Alexia Putellas van FC Barcelona.

Nadat France Football vorig jaar de controversiële beslissing nam om geen Ballon d’Or uit te reiken omdat een deel van het voetbalseizoen door de coronacrisis was kunnen doorgaan, kreeg de prestigieuze voetbalprijs dit jaar wel een nieuwe naam op de erelijst. Nieuw is echter een groot woord, want voor Lionel Messi is het al de zevende keer dat hij de prijs wint. Daarmee is hij alleen recordhouder voor Cristiano Ronaldo die vijf keer won. Michel Platini, Johan Cruyff en Marco van Basten volgen op verre achterstand met drie zeges.

Geen Ballon d’Or in 2020

De beslissing van France Football in juli 2020 om dat jaar geen verkiezing van de Ballon d’Or te organiseren, kon toen op gemengde reacties rekenen. Uiteindelijk bleek het vooral doodjammer voor Robert Lewandowski. De Poolse goalgetter van Bayern München kende in 2000 namelijk een wonderjaar, maar kreeg daarvoor dus geen Ballon d’Or. Die andere, concurrerende trofee Best FIFA Men’s Player ging wel naar hem.

Veel analisten voorspelden dat de meer dan 170 journalisten wereldwijd (1 per land) bij het invullen van hun stemformulier dit jaar rekening zouden houden met dat ‘onrecht’ van vorig jaar. Daardoor stond Robert Lewandowski, die nog steeds op hoog niveau presteert, bij veel bookmakers bovenaan. Toch kwam hij uiteindelijk 33 punten te kort om zijn eerste Ballon d’Or te winnen.

Mogelijk trok de winst van Lionel Messi op de Copa América, zijn eerste prijs ooit met Argentinië, afgelopen zomer de stemgerechtigden over de streep. Robert Lewandowski raakte met Polen op het afgelopen Europees kampioenschap niet verder dan de groepsfase. In een poule met Zweden, Spanje en Slovakije pakten de Polen maar één punt. Aan Lewandowski lag die vroege uitschakeling wel niet. De aanvaller was namelijk goed voor drie van de vier Poolse doelpunten op het toernooi. In zijn overwinningsspeech erkende Lionel Messi overigens dat Lewandowski vorig jaar de verdiende winnaar zou geweest zijn.

Ereplaatsen voor De Bruyne en Lukaku

De Italiaanse middenvelder Jorginho pakte op dat EK wel de titel en won met Chelsea bovendien de Champions League, maar moet het bij de Ballon d’Or stellen met brons. De Fransen Karim Benzema (Real Madrid) en N’Golo Kanté (Chelsea) vervolledigen de top vijf. Cristiano Ronaldo moet tevreden zijn met plaats zes.

In de shortlist voor de Ballon d’Or die de redactie van France Football begin oktober bekendmaakte, zaten met Kevin De Bruyne en Romelu Lukaku ook twee Belgen. Zij eindigden respectievelijk op de achtste en op de twaalfde plaats.

Putellas, Pedri en Donnarumma pakken andere prijzen

De Ballon d’Or Féminin was nog maar toe aan zijn derde editie en na de Noorse Ada Hegerberg in 2018 en de Amerikaanse Megan Rapinoe in 2019 komt er opnieuw een nieuwe naam op de erelijst. De 27-jarige Alexia Putellas maakt haar favorietenrol waar en mag met de trofee naar huis. De Spaanse won het afgelopen jaar met FC Barcelona onder andere de Champions League en de landstitel. Ze haalde het voor haar land- en ploeggenote Jennifer Hermoso. De Australische Sam Kerr (Chelsea) vervolledigt het podium.

De Trophée Kopa voor beste speler onder de 21 jaar ging zoals verwacht naar het Spaanse wonderkind Pedri van Barcelona. De jonge Belg Jérémy Doku kreeg één puntje en komt daarmee op een gedeelde negende plaats te staan. De Trophée Yachine voor beste doelman was voor de Italiaan Gianluigi Donnarumma. Thibaut Courtois moest tevreden zijn met een achtste plaats.

Meer
Lees meer...