Ecologische vernietiging oefent op de overheidsfinanciën een negatieve impact uit. Dit zal leiden tot afwaarderingen, schuldencrises en stijgende leenlasten. Dat is de boodschap van een studie onder leiding van wetenschappers aan de Cambridge University, gebaseerd op de analyse van de impact van ecologische vernietiging op de visserij, de productie van tropisch hout en de populatie bestuivers in zesentwintig landen.
“Het verlies aan biodiversiteit zal in verscheidene landen al tot een uitholling van de waarde van de nationale economie leiden”, stippen de onderzoekers aan. “Onder meer China en Indonesië zouden daarbij voor aanzienlijke consequenties moeten vrezen. Meer dan de helft van de betrokken landen zouden echter met een belangrijk economisch waardeverlies rekening moeten houden.”
Feitelijk faillissement
De onderzoekers merken op dat de ecologische problemen in de betrokken landen de jaarlijkse rentes op de schulden met mogelijk 53 miljard Amerikaanse dollar per jaar zouden opvoeren. Veel ontwikkelingslanden zouden daarbij volgens de studie met een feitelijk faillissement kunnen worden geconfronteerd.
“De reële situatie is wellicht nog veel complexer”, merken de wetenschappers op. “Er werd alleen naar de visserij, de houtwinning en de bestuivers gekeken, terwijl het natuurverlies in werkelijkheid een veel bredere impact, onder meer op ook de menselijke gezondheid en de kwaliteit van de landbouwgrond, heeft.”
“Ratingbureaus zoals Moody’s en Standard & Poor’s berekenen wel een aantal moeilijk te kwantificeren financiële risico’s, zoals mogelijke geopolitieke gebeurtenissen, maar negeren grotendeels de economische gevolgen van ecologische degradatie”, stippen de onderzoekers aan. “Beleggers die geen aandacht hebben voor natuurverlies, zullen hun concrete risico’s nooit efficiënt kunnen beheren.”
“Niet alleen de financiers zullen de verliezen moeten dragen”, waarschuwt onderzoeksleider Matthew Agarwala, econoom aan het Bennett Institute for Public Policy van de Cambridge University. “Door de toename van de dreiging rekenen de markten hogere risicopremies aan. Dit betekent dat regeringen en daarmee uiteindelijk ook de belastingbetaler, voor hun leningen meer zullen moeten betalen.”
“Naarmate natuurverlies de economische prestaties vermindert, zal het voor landen moeilijker worden om hun schulden af te lossen, overheidsbegrotingen onder grotere druk zetten en overheden dwingen om meer te lenen. Dit zal leiden tot extra belastingen of bezuinigingen.”
Ecosysteemdiensten
“De natuur en biodiversiteit leveren belangrijke ecosysteemdiensten, zoals bijen die gewassen bestuiven of planten die overstromingen voorkomen. Het verlies van die diensten kan zware economische kosten veroorzaken. Economieën die een grote afhankelijkheid van ecosystemen tonen, staan dan ook voor een keuze.”
“Zij kunnen ervoor opteren om nu te betalen door investeringen in de natuur te doen, of ze kunnen die kost later dragen met hogere leenkosten en oplopende schulden. De eerste optie creëert voor mens, bedrijf en natuur rendementen op lange termijn. De tweede keuze heeft zware negatieve consequenties en kent geen of weinig opwaartse effecten.”
Met het huidige tempo aan natuurdegradatie zouden de onderzochte landen tegen het einde van dit decennium met een verlies van 46 miljoen hectare wildernis worden geconfronteerd. “Vooral India, Bangladesh, China, Indonesië, Pakistan, Maleisië, Ethiopië en Madagaskar zouden daarbij met zware consequenties rekening moeten houden”, stippen de onderzoekers aan.
“Ontwikkelingslanden worden momenteel al met een verlammende schuldenlast, aangedreven door de covid-pandemie en de stijgende prijzen, geconfronteerd en een verlies van natuur zal deze naties dichter bij de rand van de afgrond duwen”, waarschuwen de onderzoekers. “Er is op de markten voor staatsschulden dan ook dringend behoefte aan innovatie.”
“Prioriteiten zijn onder meer het opnemen van de wetenschap in toekomstgerichte risicobeoordelingen, een onmiddellijke steun aan ontwikkelingslanden om een wanbetaling van staatsschulden te voorkomen en het gebruik van de schuldmarkten om investeringen in natuurbehoud te ondersteunen.”
De onderzoekers stellen verder dat landen die biologische activa beschermen, een betere kredietwaardigheid zouden kunnen krijgen. “Zoals overal gelden ook hier de wetten van vraag en aanbod”, benadrukken ze.
“Een verminderd aanbod elders zal de schaarste en bijgevolg de waarde van geconserveerde natuurlijke activa opvoeren. Het opnemen van natuurrisico’s in de kredietratings van de overheden zou voor regeringen een sterke stimulans kunnen zijn om de bescherming van het leefmilieu te verbeteren.”