De regering is het eens over een “verduidelijking” van de aandelentaks. Die wordt toegepast voor alle aandelen die op een effectenrekening staan, het criterium beursgenoteerd of niet, dat valt weg. In praktijk verandert er dus niets: haast geen enkele aandeelhouder van een niet-beursgenoteerd bedrijf heeft die aandelen op een effectenrekening staan. 

De kern van de federale regering heeft een nieuw akkoord rond de aandelentaks. Daarover zat de top een weekend lang bijeen. Zaterdag raakten ze er niet uit, maar zondag was de zaak rond. Over wat er precies beslist werd, ontstond wat verwarring, blijkbaar wilde iedereen de zaak meteen zo spinnen, dat het een “overwinning” was voor hem of haar. Had Kris Peeters (CD&V) nu z’n slag thuis gehaald, of waren de anderen gewonnen?

Wel, in wezen is de hele taks simpeler geworden: alle aandelen die op een effectenrekening staan worden belast volgens de nieuwe taks, vanaf 500.000 euro dus. En dit voor een tarief van 0,15 procent. Van een onderscheid tussen beursgenoteerde en niet-beursgenoteerde aandelen is geen sprake meer. Alleen, in de praktijk gaat er niets veranderen. Want bijna niemand die aandelen heeft in z’n eigen vennootschap of in andere vennootschappen die niet op de beurs genoteerd zijn, zet die aandelen op een effectenrekening. Die aandelen zitten gewoon netjes in een aandelenregister, zoals elke BVBA of NV in dit land heeft. Kmo’s of familiebedrijven blijven zo buiten schot, en eigenlijk ook aandeelhouders van grote ondernemingen die niet beursgenoteerd zijn.

“Verdedigbaar compromis”

“We hebben er wel wat over gediscussieerd, maar eigenlijk is dit een verdedigbaar compromis”, zo was bij de topministers te horen. “Alleen vreemd dat het meteen zo warrig gecommuniceerd wordt, er is helemaal geen verandering gebeurd.”

De reden waarom de regering hierover nog eens moest vergaderen, was de kritiek van de Raad van State. Die was kritisch over een eerder voorstel. Ze waarschuwde dat er sprake was van discriminatie: waarom wel aandelen die beursgenoteerd zijn, en andere aandelen, van niet-beursgenoteerde bedrijven, niet? Of waarom alleen aandelen die op een effectenrekening staan, want je kan ook gewoon je aandelen op naam laten zetten?

Kris Peeters, de CD&V-vicepremier, wilde daarop alsnog aanpassen wie precies de taks moet betalen. Voor CD&V was die kritiek dus meteen de reden om alsnog een uitbreiding van de taks te eisen: ook voor aandelen die niet-beursgenoteerd zijn. En ook als ze op naam staan. Dan kom je alleen weer bij de discussie die er na het zomerakkoord ook was: geldt dit dan ook voor de duizenden kmo’s en familiebedrijven? Voor N-VA en de liberalen was dat onbespreekbaar. Dat gebeurt nu niet, maar de taks geldt gewoon voor alle aandelen op effectenrekeningen. CD&V raakte er dus uit met haar drie andere coalitiepartners.

Rijkentaks

De aandelentaks moet een stevige extra taks, specifiek voor ‘rijke mensen’, iedereen die voor meer dan 500.000 euro aandelen heeft op een effectenrekening. Die moeten voortaan 0,15 procent belastingen betalen op die portefeuille.

Nu kunnen een hele reeks maatregelen eindelijk goedgekeurd worden. Zo kan de N-VA haar hervorming van de vennootschapsbelasting erdoor duwen: er is niets veranderd aan die voorstellen. Wel wordt aan de Nationale Bank ook gevraagd om de financiering te bekijken. “Dan vermijden we zeker dat het niet overgefinancierd zal raken. En dan heeft de Nationale Bank meteen haar zeg ook gedaan”, zo valt te horen.

Verder is ook de relancewet goedgekeurd, waardoor mensen voortaan tot 500 euro per maand onbelast kunnen bijklussen. Dit is voor veel activiteiten die nu in de grijze zone gebeurden een zegen: iedereen die geld verdiende bij sportclubs, in sociale organisaties, of door hulp te bieden zoals kleine klusjes, of kinder- of bejaardenopvang, of met de opvang van dieren. Die mensen kunnen voortaan, als ze viervijfde of meer werken, bijklussen zonder dat dat belast is.