De opkomst, val en wederopstanding van rosé

De jongste 20 jaar bleef de wereldwijde consumptie van wijn relatief stabiel. Er is één grote uitzondering: die van roséwijn steeg van 1,8 miljard liter per jaar naar 2,6 miljard liter, een toename van bijna 40%, die alleen maar versneld is de jongste jaren. Er was een tijd dat roséwijn als tweederangs en “niet serieus te nemen” werd beschouwd, en niet eens zo lang geleden. Hoe is het wereldwijde succes en de hervonden passie voor rosé dan te verklaren?

Veel van de eerste wijnen waren rosés, gemaakt door veldmelanges van gecombineerde witte en rode druiven te verwateren. In het oude Griekenland werd het als beschaafd beschouwd om wijn te verdunnen. Er was een wijdverbreid geloof dat alleen barbaren – dronkaards die verkrachtten en vermoordden – pure wijn dronken. De Spartaanse koning Cleomenes I, die tot waanzin werd gedreven en uiteindelijk zelfmoord pleegde in een gevangeniscel, beweerde zelfs dat het drinken van onverdunde wijn tot zijn ondergang leidde.

Tijdens de oogst verpletterden arbeiders rode en witte druiven samen met hun voeten, terwijl ze zich aan hangende touwen vasthielden om hun evenwicht te bewaren. Het sap zou dan in pithoi, grote keramische containers, worden geplaatst voor fermentatie. Dit roze sap was een beetje droog en tanninerijk door contact met de druivenschillen, zaden en stengels, een heel verschillend van de rosés van tegenwoordig. Uiteindelijk deden de Grieken en Romeinen onderzoek naar het scheiden van druiven op kleur, en werden rode en (meestal) witte wijnen geboren. Deze vroege voorbeelden van rode wijn waren echter vaak tanninerijk en moeilijk te drinken. De algemene voorkeur ging uit naar de minder harde, lichter gekleurde wijnen. Rosé bleef zo eeuwenlang de favoriete drank.

Van de romeinen naar Eleonora van Aquitanië

In de zesde eeuw voor Christus brachten de Phocaeërs wijnstokken naar Massalia (het huidige Marseille) in Zuid-Frankrijk. De Phocaeërs waren Griekse kolonisten die oorspronkelijk uit de regio kwamen in Turkije waar tegenwoordig Foça ligt. De wijnen die ze produceerden, waren opnieuw veldmengsels van witte en rode druiven. Van nature licht van kleur, maakten ze furore in de antieke wereld. Toen de Romeinen later in de Provence landden, omarmden ze deze felbegeerde wijnen en gebruikten hun superverbonden handelsnetwerken om ze populair te maken rond de Middellandse Zee. Als gevolg hiervan wordt het zuiden van Frankrijk tot op de dag van vandaag beschouwd als het epicentrum van de rosé.

De Romeinen brachten wat bekend stond als vinum clarum (heldere wijn) ook naar Bordeaux, toen als nu een belangrijk wijnbouwgebied. Tijdens de middeleeuwen kreeg die in Bordeaux violetkleurige rosé gemaakte wijn de bijnaam “Claret” (in het Latijn betekent claritas “helderheid”) en die werd al snel populair in Frankrijk. Na het huwelijk van Eleonora van Aquitanië in 1152 met Hendrik Plantagenet, de hertog van Normandië en de toekomstige koning Hendrik II, kwam Bordeaux onder Britse heerschappij, en begon de Bordeaux-wijn naar het noorden naar Engeland te stromen. Het werd de meest geconsumeerde wijn in Groot-Brittannië tot de 19e eeuw. Maar hoewel rosé zeker populair was, verwierf het nooit een goeie reputatie – het was vooral een drinkwijn.

De rol van de kerk in de slechte reputatie van rosé

Een belangrijke reden waarom rosé nooit een goede reputatie verwierf heeft te maken met de kerk. Rosé kreeg nooit het monastieke imprimatur. Met het imprimatur geeft de Katholieke Kerk aan dat iets niet in strijd is met het geloof en de katholieke doctrines. Rosé kon dus ook nooit als sacramentele wijn dienen. Sacramentele wijn is traditioneel rood, naar analogie met het bloed van Christus. De kerk zag vinum clarum als een profane wijn, en de consumptie ervan was niet doordrenkt met christelijke symboliek, noch verbonden aan een tafelceremonie.

Rosé werd zo een populaire drank, bijna heidens, en verwierf waarden in tegenstelling tot die van rode en witte wijn, die werden geassocieerd met de adel en de geestelijkheid. In de 17e eeuw, toen Louis Le Nain zijn Boerenmaaltijd (1642) schilderde, dronken de personages op het schilderij bijvoorbeeld een glas “heldere wijn” of rosé.

Dat veranderde enigszins in de 19e eeuw. Toeristen – en dat waren toen uitsluitend rijken en geprivilegieerden – begonnen toe te stromen naar plaatsen als de Côte d’Azur in Zuid-Frankrijk. Na een lange dag petanque spelen en zwemmen in de zee, ontspanden ze zich met een gekoeld glas rosé. Plots werden deze eenvoudige lokale wijnen een symbool van glamour, vrije tijd en zomer.

Voor velen werd rosé ook vin de soif, een “wijn om de dorst te lessen” – een eenvoudige wijn om te drinken tijdens het koken of als aperitief voor het diner. Veel Franse ouders gingen het zelfs als traktatie aan hun kinderen serveren.

Mateus en Lancers – from hero to zero

Het imago van rosé begon aan een nieuwe neergang met de creatie van twee merken: Mateus en Lancers, beide off-dry roze wijnen uit Portugal. Mateus, gemaakt door Fernando van Zeller Guedes, kwam eind 1943 op de markt en was meteen een enorm succes. Rond dezelfde tijd reisde een Amerikaanse wijnhandelaar genaamd Henry Behar naar Portugal om het landgoed José Maria da Fonseca te bezoeken. Terwijl hij daar was, proefde hij een wijn genaamd Faisca, die een beetje zoet en roze van kleur was. Hij was meteen verliefd op en besloot Faisca met de wereld te delen.

Omdat de naam Faisca als te fel lijkend op het woord “fiasco” werd beschouwd door marketeers, noemde Behar de wijn in plaats daarvan Lancers, naar zijn favoriete Velasquez-schilderij, “Las Lanzas”. De gedrongen keramische fles van de wijn onderscheidde zich van andere wijnen in de schappen. Maar al snel sloeg het noodlot toe. In een keramische houder oxideerde de wijn snel en werd ondrinkbaar. Uiteindelijk werd de fles van Lancers veranderd in glas, maar het kwaad was geschied. Hoewel: tot op de dag van vandaag is het merk nog steeds behoorlijk populair in Centraal-Europa, simpelweg omdat de meeste mensen denken dat het sterke drank is in plaats van wijn. Het is ook nog eens heel goedkoop en heel zoet, een combinatie waarvoor nog genoeg fans overblijven.

Langzaam begonnen mensen ook hun neus op te halen voor de kwaliteit van Mateus. De omzet daalde. Om het merk nieuw leven in te blazen, kwamen er reclamecampagnes met persoonlijkheden van Jimi Hendrix tot de koningin van Engeland. De wijn was meteen weer in de mode. Na de revolutie van 1974, toen de democratie terugkeerde in Portugal, haastten de Verenigde Staten zich bijvoorbeeld om 20 miljoen kisten Mateus rosé te importeren in de hoop hun gevestigde relatie met het merk voort te zetten. Amerikanen wilden hun roze fix niet verliezen.

De renaissance met een duwtje in de rug van Brangelina

Mateus en Lancers veranderden de manier waarop mensen over rosé dachten. Ze lieten het publiek denken dat alle roze wijn goedkoop, zoet en in bulk gemaakt was. Tot een stuk in de jaren negentig waren de wereld van de rosé en de wereld van de goede wijn nog gescheiden. Sommeliers zouden nooit een fles rosé schenken, want serieuze wijndrinkers zouden er nooit om vragen.

In de vroege jaren 2000 begon de populariteit van rosé opnieuw te groeien. Resorts en strandbestemmingen begonnen roze Franse wijn in te slaan. De fascinatie van Amerikanen en Aziaten voor Frankrijk nam toe, en daarmee ook hun interesse in rosé. Beroemdheden als Angelina Jolie en Brad Pitt, Jon Bon Jovi en Drew Barrymore kwamen al snel in actie met hun eigen roséproductie.

Sommige critici beweren dat de hervonden populariteit van rosé slechts een fase is, maar anderen zien de recente rage als de introductie van een nieuwe stijl. De vraag die daarbij rijst: waarom zijn vooral millennials zo tuk op rosé?

Hello Kitty en het appeal bij millennials

Er zijn een aantal fascinerende theorieën. Hoe roséwijn vandaag wordt gezien en genoten, is in zekere zin een direct gevolg van deze lange en enigszins beruchte geschiedenis. Rosé viert de jeugd, het heden, de vreugde van het moment. Ondanks de hoge prijzen van sommige flessen ondertussen, is rosé allesbehalve snobistisch. Rosé is vrij van traditie en kan zowel koel als koud gedronken worden, met of zonder ijs. Ter vergelijking: rode wijn wordt traditioneel gedecanteerd en laat ademen en langzaam opwarmen tot kamertemperatuur.

Omdat rosé loskomt van de traditionele codes van Franse wijn, verrukt het millennials over de hele wereld, luidt het. Rosé kan tijdens de maaltijd worden genoten of niet, thuis of buiten, op een picknick of in een café. Het kan worden gemengd in cocktails, met of zonder alcohol. Het is uit de traditionele glazen fles gesprongen en kan in alle vormen worden verpakt – zelfs een blikje frisdrank. Hello Kitty, het icoon van de Japanse popcultuur, heeft bijvoorbeeld samengewerkt met een Italiaanse wijnmakerij om een ​​sprankelende rosé te creëren, Château Kitty.

Kleuren en veranderende smaken

Nog een andere fascinerende theorie is dat de heropleving van rosé te maken heeft met kleur. Het succes van roséwijn zou grotendeels te danken zijn aan zijn lichtroze toon. In het Frans stond de kleur die nu roos wordt genoemd, ooit bekend als incarnat, van het Latijnse woord voor vlees. Het is de kleur van gezondheid, frisse wangen die blozen onder invloed van emotie. Het verwees naar een reeks tinten in het spectrum tussen roze en roodachtig oranje.

In schilderijen uit de late middeleeuwen wordt de kleur roze geassocieerd met specifieke thema’s – de fontein van het leven of van de jeugd en van het paradijs. In de 18e eeuw ging het verwijzen naar het gevoelige, het innerlijke. Intieme emoties, het geluk van het zijn en een bepaalde vorm van natuurlijkheid werden in roze geschilderd.

Het roze dat we vandaag zien, heeft deze historische betekenissen overgenomen en in overeenstemming gebracht met de waarden van de millennials: het belichaamt spontaniteit, frisheid, onverschilligheid, individuele vrijheid. Het signaleert het belang van emoties, welzijn en gezondheid. Dit wordt expliciet gemaakt door een van de termen voor rosé: blozende wijn.

Misschien is het gewoon een kwestie van hoe smaken evolueren. Het charmante karakter van de drank is moeilijk te ontkennen, en aangezien rosés in kwaliteit zijn verbeterd, wordt het niet langer als een guilty pleasure beschouwd. Rosé is misschien precies wat de wijnwereld nodig had: een pretentieloze maar heerlijke optie.

Meer
Lees meer...