Premier Bart De Wever (N-VA) heeft in de Kamer uitleg gegeven over het recente uitstel van de federale begrotingsonderhandelingen. Volgens hem is het niet omdat het stil blijft, dat er niets gebeurt. Tegelijk richtte hij zich scherp tot zijn coalitiepartners, die hij opriep tot “ernst en discretie”.
Vorige week kreeg De Wever van koning Filip vijftig dagen de tijd om met zijn regering een akkoord te vinden over de meerjarenbegroting. Die opdracht is allesbehalve eenvoudig. Om te voldoen aan de Europese begrotingsregels, moet België tegen 2029 zo’n 9,2 miljard euro besparen, oplopend tot 10 miljard in 2030.
In de Kamer ging de premier donderdag in op de kritiek van de oppositie, die sprak van een stilstand. “Hebben wij de afgelopen dagen niets gedaan? Vaak is het zo: als je niets ziet, gebeurt er het meest,” zei De Wever. “Natuurlijk zijn er wel stappen gezet, met de hoop om tot een akkoord te komen.”
Frustratie over communicatie
De Wever liet verstaan dat hij niet te spreken is over de manier waarop sommige coalitiepartners communiceren over de lopende onderhandelingen. “Veel kan ik daarover niet zeggen, elk woord is er een te veel”, klonk het. Daarmee verwees hij duidelijk naar partijgenoten binnen de meerderheid die geregeld uitspraken doen in de pers of op sociale media.
“Het zou ongelooflijk zijn, moest elke partner van de meerderheid dat adagium ter harte nemen”, vervolgde De Wever met lichte ironie. “Ik weet dat ik mij illusies maak, maar ik kan het maar proberen.”
De premier riep zijn coalitiepartners op om “constructief mee te werken” en dat te doen met “ernst en discretie”. Hij maakte ook duidelijk dat de huidige termijn niet opnieuw zal worden verlengd. “Als het sneller kan, hoeft het zeker niet zo lang meer te duren”, besloot hij.
