Het Europese Geneesmiddelenbureau EMA geeft toe dat er mogelijk een verband is tussen het coronavaccin van AstraZeneca en de zeldzame bloedklonters, in combinatie met een verlaagd aantal bloedplaatjes. Omdat die nevenwerking zeer zeldzaam is en de voordelen van het vaccin nog altijd opwegen tegenover het nadeel, wordt voorlopig geen algemene leeftijdsbeperking ingesteld.
Het coronavaccin van AstraZeneca blijft omstreden. Het middel wordt al langer in verband gebracht met een zeldzame bijwerking waarbij tromboses gevormd worden. Omdat die aandoening vooral voorkomt bij vrouwen jonger dan 60 jaar besloten meerdere landen om het vaccin voorlopig enkel aan ouderen te geven.
86 geregistreerde gevallen op 25 miljoen vaccins
Door die reactie van landen zoals Nederland en Duitsland kwam het Europese Geneesmiddelenbureau EMA woensdag opnieuw samen om de beschikbare gegevens over het AstraZeneca-vaccin te bekijken en te analyseren. In totaal onderzochten ze 86 geregistreerde gevallen van bloedklonters op ongeveer 25 miljoen gegevens vaccins. 18 van die gevallen waren fataal.
Op basis van die gegevens komt het EMA tot de conclusie dat er inderdaad waarschijnlijk een verband is tussen het AstraZeneca-vaccin en de zeldzame bloedklonters, in combinatie met een verlaagd aantal bloedplaatjes. De aandoening moet daardoor toegevoegd worden aan de lijst van “zeer zeldzame nevenwerkingen”.
Geen beperking op basis van leeftijd of geslacht
Volgens het EMA zijn er echter geen bijzondere risicofactoren vastgesteld zoals leeftijd of geslacht. Daarom stellen zij voorlopig geen beperking in voor wie het AstraZeneca-vaccin wel of niet mag krijgen. Het voordeel van het vaccin weegt volgens hen namelijk nog steeds op tegen het beperkte nadeel.
De bevoegde Belgische ministers van Volksgezondheid zullen nu – met het advies van het EMA – bekijken of er nationaal wel eventueel zo’n beperking komt.