Apple-CEO Tim Cook heeft gereageerd op de kritiek dat de nieuwe iPhones opnieuw duurder zijn geworden. Volgens hem hebben de tarieven die onder de regering-Trump werden ingevoerd geen invloed gehad op de prijsstijgingen. Toch wijzen analisten erop dat de hogere prijskaartjes vooral de meer geavanceerde modellen treffen.

Tijdens de wereldwijde lancering van de nieuwste iPhones in New York benadrukte Cook dat de kosten van invoerrechten niet zijn doorgerekend aan de consument. Analisten waren verbaasd, want de prijs van de iPhone 17 Pro steeg met 100 dollar, terwijl instapmodellen gelijk bleven. Daarbovenop verving Apple het Plus-model door een duurder ‘Air’-model.

Volgens The Information probeerde Apple de impact van de tarieven te beperken door delen van de productie te verplaatsen naar India en Vietnam. Dat is opvallend, want Apple was jarenlang bijna volledig afhankelijk van Chinese assemblage.

Consumenten kiezen goedkoper model

Cook benadrukt dat AI al aanwezig is in iPhones, maar zonder expliciete branding. Ondertussen blijken consumenten vooral geïnteresseerd in het standaardmodel. Apple heeft daarom leveranciers gevraagd om de productie van de iPhone 17 met minstens 30 procent op te voeren. Met een startprijs van 969 euro is dat model aanzienlijk goedkoper dan de Pro-variant, die 1.329 euro kost.