Paus Franciscus is op 88-jarige leeftijd overleden. De Argentijn, geboren als Jorge Mario Bergoglio, stond sinds 2013 aan het hoofd van de rooms-katholieke kerk. Zijn gezondheid ging de laatste jaren sterk achteruit. Hij verbleef vijf weken in het ziekenhuis vanwege een dubbele longontsteking en werd pas recent ontslagen.
Paus Franciscus is overleden, dat meldt het Vaticaan. “De Bisschop van Rome is vanmorgen om 7.35 uur teruggekeerd naar het huis van de Vader. Zijn hele leven was gewijd aan de dienst voor de Heer en zijn Kerk”, schrijft kardinaal Kevin Ferrell in het officiële overlijdensbericht.
Pope Francis died on Easter Monday, April 21, 2025, at the age of 88 at his residence in the Vatican's Casa Santa Marta. pic.twitter.com/jUIkbplVi2
— Vatican News (@VaticanNews) April 21, 2025
De paus, geboren als Jorge Mario Bergoglio, stond op paaszondag nog op het balkon van de Sint-Pietersbasiliek in Rome. Hij wenste toen, met hulp van de aartsbisschop van het Vaticaan en een kardinaal, alle gelovigen een zalig Pasen. Daarna stak hij nog even met zijn pausmobiel het plein over.
Ook had de paus zondagochtend nog een korte ontmoeting van slechts enkele minuten met JD Vance.
Gezondheidsproblemen
In augustus 2021 doken de eerste speculaties op over een mogelijk aftreden van paus Franciscus, als gevolg van zijn gezondheidsproblemen. In de jaren die volgden, bracht het Vaticaan regelmatig berichten naar buiten over zijn fysieke gesteldheid. Toch weerhield dat de paus er niet van om buitenlandse reizen te blijven maken.
Uiteindelijk werd hij op 14 februari opgenomen in het Gemelli-ziekenhuis met een dubbele longontsteking, waar hij meer dan vijf weken moest verblijven. Pas een maand geleden mocht hij het ziekenhuis verlaten en terugkeren naar het Vaticaan.