De Vlaamse regering gaat 4 miljoen sneltests aankopen, om mensen te testen op een besmetting met het coronavirus. Die sneltests komen midden november aan en zullen vooral gebruikt worden in de zorg, het onderwijs en in bedrijven. Het resultaat van zo’n sneltest laat maar een kwartiertje op zich wachten.

Vlaams minister van Welzijn Wouter Beke van CD&V benadrukt dat de PCR-tests (die nu gebruikt worden) beter zijn, maar dat de sneltests de druk op de labo’s serieus kunnen verminderen. De tests passeren niet langs de labo’s, maar kunnen niet door zomaar iemand worden afgenomen. Enkel gezondheidswerkers en mensen die een opleiding hebben gevolgd, kunnen en mogen dat doen.

De nieuwe sneltests zijn wat minder gevoelig, en dus is het nog niet zeker of ze ook in woonzorgcentra zullen worden gebruikt. Een speciaal daarvoor opgerichte werkgroep gaat nu bekijken of dat veilig is. De werkgroep staat onder leiding van professor Herman Goossens van het Universitair Ziekenhuis van Antwerpen.

Kortrijk

De Vlaamse regering is niet de eerste die de sneltests heeft aangekocht. Kortrijk heeft dat eerder deze maand ook al gedaan. Het gaat om een duizendtal tests. In de West-Vlaamse stad waren eerder vijf rusthuizen gesloten, nadat personeel en bewoners besmet bleken met het coronavirus.

Sinds maandag is in die rusthuizen opnieuw bezoek welkom. Maar om zoveel mogelijk besmettingen te vermijden, wordt de bezoekers gevraagd zo’n sneltest af te leggen. 100 procent betrouwbaar zijn ze niet, maar ze halen er wel de meest besmettelijke personen uit.

Extra beschermingslaag

“Dat geeft ons een slaagkans van 7 op 10”, vertelde Kortrijks schepen van Zorg Philippe De Coene (sp.a) aan de openbare omroep. “Het is niet volledig sluitend, maar het biedt toch een extra beschermingslaag tussen bewoner en bezoeker. Hoe meer bescherming, hoe minder kans dat het virus zich verspreidt.”