In het Palais du Luxembourg in Parijs is 74 jaar na de Tweede Wereldoorlog een standbeeld van Hitler gevonden. Een onderzoeksjournalist van de Franse krant Le Monde kwam erachter dat naast de buste ook een swastikavlag en nazidocumenten in de kelder van het gebouw lagen. Geen enkele historicus of politicus wist dat die spullen daar al zolang gelegen hebben, laat staan hoe ze daar terechtgekomen zijn.
Net als ons land was Frankrijk tijdens het leeuwendeel van de Tweede Wereldoorlog bezet door nazi-Duitsland. De Duitsers gebruikten het Palais du Luxembourg destijds als hoofdkwartier van de Luftwaffe. Tegenwoordig doet het gebouw dienst als de Franse senaat. Sinds het einde van de oorlog doen er al geruchten de ronde dat er onder het paleis overblijfselen van het Derde Rijk liggen.
Toen de Duitse troepen door de opmars van de geallieerden in 1944 Parijs moesten verlaten, gaf Hitler aan generaal Dietrich von Choltitz het bevel om in Parijs te blijven en de stad desnoods plat te laten bombarderen. Uiteindelijk kwam het zover niet. Choltitz en zijn 17.000 soldaten gaven zich over aan het vrije Franse leger met een razende führer als gevolg.
Hitler-buste en swastikavlag
Olivier Faye, onderzoeksjournalist bij de Franse krant Le Monde, ging zijn speurneus achterna en voerde een onderzoek in het Palais du Luxembourg. Hij trof in de kelder een gigantische buste van Hitler, een swastikavlag en verschillende documenten van meer dan 75 jaar geleden.
Naast het feit dat de Duitse Luftwaffe in het gebouw gevestigd was, weet niemand voorlopig hoe de spullen in de kelders terecht zijn gekomen. Met de opmars van de geallieerden verlieten de Duitsers haastig het Palais du Luxembourg, uiteraard zonder keurig op te ruimen.
Mislukte verkoop?
Het vrije Franse leger plunderde en stal erop los. Voor spullen van de nazi’s werd (en wordt) op de zwarte markt veel geld neergelegd. Sommige geschiedkundigen vermoeden dat de nazispullen in het Palais du Luxembourg daar verstopt waren om later te verkopen. Het is alleszins duidelijk dat de ‘eigenaar’ nooit een koper heeft gevonden. Geen van de senatoren wist van de nazispullen in de kelder.
