Gestrand op Honeymoon Island zit er sinds deze week op, maar voor Sarah en Joeri stopte het programma eerder al vroegtijdig. Toch kwamen de twee elkaar kort nadien opnieuw tegen en werden ze alsnog een koppel. Ondertussen gaat het nog steeds zeer goed tussen hen en denken ze zelfs al aan samenwonen.

We konden dinsdag in Gestrand op Honeymoon Island zien hoe drie van de deelnemende koppels opnieuw tegenover elkaar stonden aan het altaar. Bij Shauni & Bram en Keith & Maxine eindigde het huwelijk daar meteen. Shauni wou haar huwelijk met Bram nog wel een kans geven, maar die laatste zag dat niet zitten. Maxine en Keith besloten dan weer samen om er een punt achter te zetten. Koen en Eva besloten er wel samen voor te blijven gaan, maar iets later strandde ook hun relatie.

Sarah en Joeri

Daardoor is er nog maar één koppel uit Gestrand uit Honeymoon Island samen. En dat is ironisch genoeg Joeri en Sarah. Tussen hen liep het tijdens het programma namelijk volledig fout. De twee stopten zelfs vroegtijdig met het experiment, vooral door de grote honger van Joeri. Kort na hun redding van hun onbewoond eiland namen ze echter opnieuw contact met elkaar op en zo bloeide de liefde – zonder lege maag – toch helemaal open. Joeri en Sarah zijn ondertussen al zeven maanden samen.

“We groeiden stilletjes aan naar elkaar toe en nu kunnen we eigenlijk niet meer zonder elkaar. Mijn dag is niet volmaakt als ik Sarah niet even hoor of zie”, klinkt Joeri nog steeds zeer enthousiast in Flair. “Als we nu een discussie hebben, denk ik terug aan het eiland en besef ik dat waar we dan over kibbelen niets is in vergelijking met onze uitdagingen op het eiland.”

Katje en samenwonen

Stilaan kijkt het prille koppel ook vooruit naar de toekomst. “We adopteerden samen een katje Simba. Dat was de eerste grote stap in onze relatie. Verder zijn we allebei ons huis aan het renoveren, dat is even onze prioriteit. Als die af zijn, zien we wel of we in Gent of Buggenhout zullen gaan samenwonen”, klinkt het bij Sarah. “Nu we Simba hebben, proberen we elkaar iets vaker dan één of twee keer per week te zien. We proberen een viertal dagen per week bij elkaar te zijn.”