David Bowie verliest strijd tegen kanker

David Bowie is niet meer. Het nieuws van zijn overlijden komt als een grote verrassing, en hoewel het door zijn woordvoerder aan verschillende media is bevestigd, is er vooral ongeloof momenteel. Bowie bracht vrijdag nog een plaat uit, Blackstar.  Met Bowie verliest de pop- en rockwereld één van z’n grootste legendes. Bowie schreef niet alleen onvergetelijke nummers, hij was ook een trendzetter.

Bowie is gisteren in het bijzijn van zijn familie overleden zijn aan de gevolgen van kanker die 18 maanden geleden bij hem werd vastgesteld. Op Twitter bevestigt zijn zoon, regisseur Duncan Jones, het nieuws.

Bowie was één van de origineelste stemmen in de wereld van de pop en rock gedurende vijf decennia. Hij is ook één van de weinige artiesten waar je met zekerheid kan van stellen dat hij de wereld veranderde.

Bowie was een folkrock spaceman en een glam-rock alien (Ziggy Stardust), maar ook een funk maestro in maatpak, een heroïne spuitende art rocker, een new-wave hitmonster, een hardrocker, een techno-adept en een jazz impressionist.

Hij had immens veel flair, maar liet zich ook erg graag omhullen door mysterie en verborg zijn echte zelf voor de wereld. Niemand wist bijvoorbeeld – op een paar ingewijden na – dat hij al anderhalf jaar kanker had.

David Robert Jones werd op 8 januari 1947 geboren in Bromley, Engeland. Hij is één van de meest invloedrijke en succesvolle rockmuzikanten ooit. Hij scoorde talloze hits in de jaren zestig, zeventig en tachtig.

Linkeroog

Bowie groeide op in Bromley, in het zuidoosten van Londen. Tijdens een vechtpartij met een vriend, toen Bowie vijftien jaar was, raakte zijn linkeroog beschadigd doordat hij een vuistslag in het gezicht kreeg. Na enkele operaties kon Bowie nog steeds minder goed zien met zijn beschadigde oog. Zijn pupil kan door de beschadiging niet meer reageren op lichtvariaties waardoor zijn linkeroog een bruine kleur lijkt te hebben. Daardoor lijkt Bowie op het eerste gezicht twee verschillend gekleurde ogen te hebben. Later zou dat een van zijn handelsmerken worden.

Space Oddity

De zanger koos zijn artiestennaam David Bowie omdat er al een Davy Jones was, de zanger van The Monkees. David Bowie werd een internationale ster door het nummer Space Oddity in 1969, dat samenviel met de eerste maanlanding en gebaseerd was op Stanley Kubricks film 2001: A Space Odyssey.

In maart 1970 trouwde Bowie met Mary Angela Barnett (nu Angela Bowie). Later dat jaar bracht hij The Man Who Sold the World uit, waarbij hij de akoestische gitaar van Space Oddity voor een zwaarder rockgeluid verruilde, een sound die ook erg veel had te danken aan zijn vriend, wijlen gitarist Mick Ronson.

Ronson ging ook deel uitmaken van de The Spiders From Mars, de band van Bowie. De hoes van The Man Who Sold the World was opvallend, omdat Bowie te zien was in een elegante jurk. Het was een van de eerste keren dat hij openlijk uitpakte met zijn androgynie, iets wat vooral in de jaren zeventig één van zijn handelsmerken zou zijn.

Hunky Dory

Zijn volgende album, Hunky Dory (1971), kenmerkte zich deels door een terugkeer naar het geluid van Space Oddity, maar bevat toch ook glamrockers zoals Oh! You Pretty Things. En het nummer Kooks, dat Bowie schreef voor zijn pasgeboren zoon Zowie (Duncan Zowie Heywood Jones, vandaag de dag bekend als de regisseur Duncan Jones).

Hunky Dory is ook de plaat waar Changes opstaat en Life on Mars?, twee absoluut tijdloze hits. Queen Bitch is een ode aan Lou Reed en The Velvet Underground.

Lou Reed & Ziggy

Een jaar later zou Bowie Transformer producen voor Lou Reed, met daarop het ook al tijdloze Walk on The Wild Side en de hits Perfect Day en Satellite of Love.

In 1972 kwam Bowie ook met The Rise and Fall of Ziggy Stardust and the Spiders from Mars. Ziggy Stardust vertelt het verhaal van de carrière van een buitenaardse rockzanger. Het is één van de meest invloedrijke albums aller tijden. Ziggy was een alter ego van Bowie en de plaat gaat over het conflict tussen zijn eigen idealen en de realiteit van het leven als een van de grootste sterren van dat moment.

Een jaar later kwam Aladdin Sane (1973) uit. Daarop alweer een “tijdloze” met de hit The Jean Genie. Bowie voerde het personage Ziggy Stardust tot in het extreme door. Hij toerde en gaf persconferenties als Ziggy. Maar daar kwam plotseling een einde aan toen Ziggy abrupt en dramatisch zijn leven als rockzanger beëindigde tijdens een liveconcert in het Londense Hammersmith Odeon op 3 juli 1973.

Dat optreden werd later uitgebracht in 1983 als film en bijbehorende soundtrack onder de naam Ziggy Stardust – The Motion Picture.

Pin Ups & Diamond Dogs

Ziggy als personage was dan wel dood, maar Bowies volgende twee albums waren muzikaal gezien voortzettingen van de Ziggy Stardustperiode. Er was het jaren zestig cover-album, Pin Ups (1973) en het ambitieuze en futuristische Diamond Dogs (1974). Die laatste plaat leverde Rebel Rebel op, alweer een klassieker.

In 1975 veranderde Bowie zijn imago drastisch, zowel artistiek als qua uiterlijk. Hij maakte een bizarre art-film, The Man Who Fell To Earth. nog één keer bewonderen als androgyne buitenaardse rockster. Er volgde een plaat die compleet de andere richting uitging: Young Americans. Het leverde Bowie zijn eerste nummer 1 hit in de VS op: Fame, een duet met John Lennon.

Thin White Duke

Bowie, die ondertussen in Los Angeles woonde, kampte tegen die tijd met een zwaar drugsprobleem. In de VS had hij cocaïne leren kennen en hij was er dol op. Op het album Station To Station (1976) introduceerde hij een nieuw en controversieel personage: The Thin White Duke. Die langspeler was alweer zijn tijd ver vooruit en kenmerkte zich door een kil new wavegeluid, vermengd met funk- en disco-invloeden. Station to Station leverde het nummer Golden Years op als hit.

Berlijnse periode & Iggy Pop

Bowie verhuisde daarna naar Berlijn. De Berlijnse periode is artistiek gezien een erg boeiende tijd in de carrière van David Bowie. Hier begon zijn samenwerking met Brian Eno. Bowie produceerde er ook onder meer Iggy Pop.

Bowie en Iggy is een verhaal apart. Bowie nam Iggy in 1975 mee op een lange reis door Rusland met de Trans-Siberische spoorlijn. Samen met David Bowie ging Iggy dan wonen in een klein flatje in Berlijn. Ze bleven twee jaar samen. In die periode ontstond Low (waarop Iggy meezingt in het nummer “What In The World”) en Heroes . Maar ook Iggy’s The Idiot (waarop Bowie meezingt en álle muziekinstrumenten bespeelt, zoals jaren later pas bekend werd) en Lust for Life.

In 1976 ging Iggy met Bowie mee op zijn wereldtournee Return Of The Thin White Duke. Het is niet of nauwelijks bekend, maar Iggy staat in de coulissen en went aan het maken van grote tournees – iets waaraan The Stooges nooit zijn toegekomen.

De Berlijnse albums leverden niet meteen Bowies grootste hits op, maar ze waren wel erg invloedrijk: Low (1977) (hoewel niet opgenomen in Berlijn, maar in Frankrijk), Heroes (1977) en Lodger (1979) zijn doorspekt met gewaagde artistieke experimenten en instrumentale nummers. Toch verkochten Low en Heroes onverwacht goed. Op Low staat Sound and Vision en het titelnummer van Heroes is uiteraard legendarisch.

Scary Monsters & Queen

In 1980 kwam Bowie dan weer met een stijlbreuk. Scary Monsters… and Super Creeps gaf ons onder meer Ashes To Ashes. Bowie scheidde van Angela en onderging een ontwenningskuur voor zijn heroïnegebruik.

In 1981 scoorde hij samen met Queen de nummer 1-hit Under Pressure. In 1982 werkte hij samen met discoproducer Giorgio Moroder voor de soundtrack van de film Cat People.

In 1983 vond Bowie, met de hulp van Nile Rodgers, de man van Chic en achter Daft Punks Get Lucky, zichzelf nog maar eens opnieuw uit. Let’s Dance en de bijbehorende hitsingles Modern Love, China Girl en het titelnummer werden enorme commerciële successen die Bowie tot superster maakten bij een nieuwe generatie.

Over de opvolger Tonight (1984) zijn de meningen verdeeld. Het jaar daarop scoorde Bowie toch weer een nummer 1-hit met This Is Not America, met de Pat Metheny Group. Later dat jaar scoorde hij weer een nummer 1-hit samen met Mick Jagger met een cover van de Martha Reeves & the Vandellas-hit Dancing in the Street.

In 1986 speelde hij een rol in de film Absolute Beginners, en de door hem geschreven titelsong werd een hit. In 1987 kwam het volgende album van Bowie uit, Never Let Me Down. Het was een gigantische flop. Day In Day Out werd een hitje en de Glass Spider Tour bracht Bowie naar Werchter.

Tin Machine & Iman

In 1988 vormde Bowie Tin Machine. Tin Machine was een viertal, waar naast Bowie gitarist Reeves Gabrels, bassist Tony Sales en drummer Hunt Sales in zaten. In 1991 verscheen het album Tin Machine II. Het was niet meteen Bowies beste periode.

In 1992 trouwde Bowie met voormalig fotomodel Iman Abdulmajid. Speciaal voor de huwelijksceremonie schreef Bowie een aantal instrumentale nummers, die in 1993 op het album Black Tie, White Noise verschenen. Het album was wederom geproduceerd door Nile Rodgers. De plaat is één van Bowies vergeten parels: de tijdgeest was tegen hem en zijn plantenlabel weigerde promotie te voeren.

In 1995 kwam Bowie terug met Outside, een erg bizarre plaat. Het nummer Hallo Spaceboy werd in 1996 in de remix van de Pet Shop Boys (inclusief verwijzingen naar Major Tom) een bescheiden hit. In 1997 kwam Bowie met Earthling. Met die plaat probeerde hij zijn karretje hangen aan de toen opkomende jungle en ede-scene. De albums …hours (1999), Heathen (2002) en Reality (2003). De platen werden door critici nog wel gelust, maar het vat leek af en het zou tot 2013 duren voor Bowie weer met nieuw werk kwam.

Op 8 maart 2013 kwam het album The Next Day uit. De eerste single uit dat album, Where Are We Now?, verscheen plotseling als donderslag bij heldere hemel in de vroege ochtend van 8 januari 2013, Bowies 66e verjaardag. In de herfst van 2015 werd bekend dat Bowie een volledig nieuw album zou uitbrengen onder de titel Blackstar. Die plaat kwam vrijdag uit, op Bowies 69ste verjaardag.

Meer
Lees meer...