Groen stoomt niet meer door, de socialisten lijken wat terug te komen. De N-VA blijft afgetekend de grootste in Vlaanderen, daarnaast volgt een cluster partijen die allemaal in elkaars vaarwater zitten. Grote verschuivingen zijn er niet, wat de makke campagne reflecteert. In Wallonië en Brussel vechten PS en Ecolo om de nummer één, de kans is groot dat die een coalitie gaan vormen.
Peilingen zijn peilingen, het is altijd gevaarlijk daar te veel uit af te leiden. De foutenmarge in Vlaanderen en Wallonië, waar VRT/De Standaard/La Libre/RTBF zo’n 1.000 respondenten peilden, bedraagt 3,1 procent. In Brussel, met 759 respondenten, is dat zelfs 3,6 procent.
Naaste de absolute percentages is het dan vooral interessant om te kijken naar de verschillen tussen deze en vorige peilingen van dezelfde groep, en de verschillen, of het gebrek eraan, op te merken.
N-VA blijft afgetekend de grootste, al is met 27,9 procent de target van 30 procent toch veraf. In december 2018 zaten ze op 28,3, er is dus quasi geen verschuiving. Het resultaat is wel een pak hoger dan het resultaat bij de provincieraadsverkiezingen in oktober 2018. Het geeft een beetje weer hoe de N-VA in de campagne zit: ze dringen wel aan, hebben onder meer Jan Jambon als kandidaat-premier naar voor geschoven, maar zonder dat die al te veel brokken maakt. In 2014 was de sfeer duidelijk anders.
CD&V is heel nipt de tweede partij, ze haalt 14,7 procent. Dat zit ruim onder de 18,6 procent van 2014, maar vooral een opvallende daling ten opzichte van december 2018, toen ze in deze peiling nog op 18,7 procent zaten. Een val van 4 procent brengt hen op een gevaarlijk laag peil, waarbij ze absoluut niet meer zeker zijn van die tweede plek. Die geeft in de kieskringen vaak recht op een extra zetel.
Open Vld, die andere coalitiepartner, staat ook op verlies. Ze zitten op 14,2 procent, wat geen grote dip is ten opzichte van de 15,5 procent die ze in 2014 nog haalden. Alleen, in december 2018 zaten ze nog op 17,5 procent. Een val van 3,3 procent ten opzichte van de laatste peiling is een gevaarlijk signaal. Daarmee krijgt de Zweedse coalitie hoe dan ook een ferme tik: zowel N-VA, als CD&V en Open Vld staan op verlies.
Groen wat achteruit, sp.a fors vooruit
De linkse oppositie schuift daarbij een beetje op. Groen haalt 14,6 procent, waarmee ze nog altijd op historische hoogtes staan. Maar in december 2018 peilden ze nog 16 procent, ze lijken dus hun plafond een beetje bereikt te hebben en vallen terug. Zeker ten opzichte van Ecolo, dat fors doorstoot, is dat een beetje zuur voor de Vlaamse groenen.
En vooral opvallend ook, de sp.a veert terug op. Ze verliezen nog altijd ten opzichte van 2014, maar halen nu 12,7 procent, ten opzichte van 9,2 procent in december 2018. Dat is toch een significante stijging, die zegt dat de socialisten terug recht krabbelen. Dat deden ze overigens ook in de andere peiling, die van VTM en HLN.
PVDA stijgt ook opvallend: ze kunnen beginnen dromen van een handvol Vlaamse zetels, met 5,9 procent van de stemmen.
Vlaams Belang mag ook op extra zetels rekenen, het staat nu op 9,3 procent en zal hoe dan ook fors winnen ten opzichte van 2014. Ook ten opzichte van december 2018 is er nog lichte winst.
Brussel en Wallonië: PS en Ecolo samen?
In Wallonië krijgt de PS een klap vanjewelste, ze tuimelen 7,3 procent achteruit in de peilingen ten opzichte van 2014. Ze blijven nauwelijks de grootste, met 24,7 procent. Ecolo staat op héél forse winst, veel meer dan hun groene geestesgenoten in Vlaanderen. Zij peilen op dit moment op 22 procent. Dat maakt dat een coalitie PS-Ecolo misschien wel kan in Wallonië. En het zou ook het overwicht van Ecolo binnen de groene fractie in de Kamer duidelijk maken.
In Brussel springt Ecolo zelfs naar de eerste plek, met 21,5 procent. Dat is ten opzichte van de 19,1 procent in de vorige peiling weer een stapje verder. De kans is groot dat Ecolo dan de minister-president kan leveren in Brussel. Ook daar is een coalitie met de PS niet uitgesloten, mogelijk aangevuld met de PTB. De communisten staan in Brussel op forse winst, met 11,9 procent van de stemmen. Ook in Wallonië heeft de PTB een heel puike score, daar klokken ze af op 14,8 procent. Een linkse groen-rood-donkerrood coalitie is perfect mogelijk.
De ravage is voor de MR. In Brussel vallen ze terug op 15,5 procent, een slagveld ten opzichte van 2014 en nog een daling ten opzichte van de vorige peiling. Ook in Wallonië is er een hevige klap, daar valt de partij terug naar 18,3 procent, ze komen van 25,8 procent. Dat leidt tot stevig zetelverlies waardoor je nog moeilijk de Zweedse coalitie zal kunnen verder zetten.
Het cdH blijft ook mager achter, met 9,3 procent in Wallonië en nog maar 6,9 procent in Brussel. Ook zij gaan niet veel kunnen helpen om een centrumrechtse regering te versterken.
