Ambitie N-VA om federaal te blijven gaan ook ingegeven door persoonlijke carrières: wie wordt straks minister?

Bij N-VA nam men maandag toch een verrassende bocht. Alles stond klaar om de Vlaamse regering te vormen, de namen van de ministers waren zelfs al ingevuld. Maar de Vlaams-nationalisten lossen het federale niveau niet en laten hun Vlaamse hefboom niet zomaar gaan. Een pak persoonlijke carrières hangen ervan af.

Afgelopen zondag zagen Wouter Beke (CD&V) en Hilde Crevits (CD&V) Bart De Wever. De dag ervoor had de N-VA-voorzitter al de sp.a en Open Vld ontvangen. Hoewel ze zich bij CD&V er goed van bewust zijn dat ook een Bourgondische coalitie nog steeds tot de mogelijkheden behoort, en ze finaal overboord kunnen vallen, was het een contact in de diepte.

N-VA-voorzitter Bart De Wever
epa

Er werd die zondag een paar uur lang doorgepraat over de tekst die voorlag, en alles wees erop dat de formatiegesprekken in een stroomversnelling zaten. Hetzelfde gevoel overheerste bij Open Vld: “Eindelijk wordt het serieus”, was bij een partijtopper te noteren.

“Waarom de Vlaamse regering nu al vormen?”

Maar maandag, tot verrassing van de gesprekspartners, kwam er plots de beslissing dat de N-VA niet verder gaat met de Vlaamse regeringsvorming. Binnen N-VA keerde het gevoel, en bracht collectief overleg op het partijbureau maandag uiteindelijk die beslissing. “Waarom de Vlaamse regering nu al vormen, en zo onze enige echte hefboom ten opzichte van CD&V en Open Vld verliezen?”, zo vraagt een partijtopper zich af.

Maar schoorvoetend wordt ook toegegeven dat persoonlijke carrièreplanning een rol speelt. In scenario’s die circuleerden in de week voorafgaand aan het cruciale weekend, werd al duidelijk dat Jan Jambon (N-VA) de nieuwe minister-president zou worden. Maar niet alleen dat lag vast: ook de andere namen van de ministers waren min of meer duidelijk. Verrassingen zijn daar niet bij: Zuhal Demir (N-VA), Matthias Diependaele (N-VA) en Ben Weyts (N-VA) zouden de Vlaamse ministers worden.

N-VA-kopstukken Jan Jambon en Theo Francken
epa

Opvallend meteen: wie valt dan af? Zittende ministers zoals Philippe Muyters (N-VA) hoeven niets meer, maar voor Liesbeth Homans (N-VA) is het minder evident. En ook goudhaantje Theo Francken (N-VA) heeft dan geen kabinet meer, hij zou dan federaal gebleven zijn, en de oppositie gaan leiden daar. Voor opkomende sterren zoals Sander Loones (N-VA) of Valerie Van Peel (N-VA) zou dan enkel een rol als Kamerlid federaal overblijven. Een pak mensen binnen de partij waren niet bereid om federaal die deur dicht te klappen.

De analyse die bij N-VA gemaakt wordt, is dat de 25 procent die gescoord is, en de duidelijke rol van marktleider, toch maar beter verzilverd kan worden door beleid te maken. En wat waren de grootste successen de afgelopen legislatuur: de zogenaamde V-departementen, waarin men het veiligheidsbeleid kon claimen. Binnenlandse Zaken, Defensie, daarop zou de N-VA doodgraag opnieuw ministers leveren. En uiteraard op het departement Asiel en Migratie, waar de N-VA graag de lijn blijft uitzetten. Zowel in oktober 2018 als op 26 mei dit jaar bleek ook dat de kopstukken die daarop ingezet waren, goed scoorden. Die departementen zitten allemaal federaal: ze nu zomaar lossen, zou niet verstandig zijn.

Sp.a is de sleutel om het slot van de PS los te maken

Want de N-VA besefte maar al te goed dat door de Vlaamse regering te vormen, de kansen veel groter worden dat de PS federaal een coalitie forceert van paars-groen, eventueel aangevuld met CD&V, zonder N-VA.

De sleutel die nodig is om het slot van de PS los te maken, is immers de sp.a. Een Bourgondische coalitie, mét de sp.a en Open Vld op Vlaams niveau, en met de PS en sp.a en de liberalen op federaal niveau, kan maar als Vlaams niet al een Zweedse coalitie gevormd is. Kiezen is verliezen, die boutade gold bij N-VA afgelopen maandag meer dan ooit.

PS-voorzitter Elio Di Rupo
epa

Dat de sp.a maandag zelfs geen partijbureau bijeen riep, wees erop dat de Vlaamse socialisten absoluut niet rijp zijn om eerst in een Vlaams avontuur met N-VA te stappen, zonder federaal te schakelen of duidelijkheid te hebben. Omgekeerd geldt die redenering ook natuurlijk: de sp.a weet dat de kans bijzonder groot is dat ze federaal nodig gaan zijn, in gelijk welk scenario. Keert de PS federaal haar kar, en komt er een gesprek met de N-VA, dan is het mogelijks wél interessant voor de sp.a om er Vlaams bij te zijn, in een coalitie met de N-VA dan federaal én Vlaams.

Wachten, en kijken hoe de kaarten komen te liggen, maakt meteen dat niemand al z’n persoonlijke ambities ziet verdampen. Een pak toppers binnen N-VA had er dus toch een stevig voordeel bij om voor “wachten” te pleiten. Vraag is alleen of dat ergens toe zal leiden. De PS lijkt nog wel even bezig met haar experiment van een minderheidskabinet met Ecolo. Dat kan nog weken duren. Kan in tussentijd een dialoog met de N-VA op gang gebracht worden? Dat weten voorlopig enkel de informateurs, Johan Vande Lanotte (sp.a) en Didier Reynders (MR).

Meer
Lees meer...